Beestenboel

Textuur en structuur
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Beeldende vormingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 200 min

Éléments de cette leçon

Textuur en structuur

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel: herkennen, uitleggen en toepassen van textuur en structuur. 

Slide 2 - Diapositive

Wat is Textuur?

Textuur is het oppervlak van alles we kunnen zien en voelen. De tafel heeft bijna geen textuur want die is vlak en glad, maar de schors van een boom wel want die is ruw en grof. De Vacht van een vos is weer zacht en harig. Maar hoe kan je nou in een tekening laten zien of iets zacht of juist stekelig aan voelt?

Slide 3 - Diapositive






De bekenste vorm van structuur toe passen in de tekenkunst heet "arceren". Eigenlijk teken je allemaal hele kleine lijntjes. Hoe dichter je die lijntjes bij elkaar zet, hoe donkerder de arcering word. 

Hoe verder je de lijntjes van elkaar af zet, hoe lichter het word. Zo maak je verschillende tonen of tinten met maar 1 kleur. Op de volgende slide zie je voorbeelden van verschillende tonen van structuur en een voorbeeld van een tekening met alleen maar dit soort lijntjes (gearceerd)

 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Er zijn veel verschillende 
soorten  structuur

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Nu weet je wat structuur en textuur inhoud

Slide 15 - Diapositive

En nu zelf aan de slag!
Deze opdracht bestaat uit 3 onderdelen.
1. Een digitale collage van minimaal 10 dieren die in een dierentuin zoals Wildlands Emmen leven.
2. Van elk dier maak je een kleine studie van zijn huid/vacht. Dit betekent dat je zo dicht mogelijk "inzoemt" om de textuur van de huid/vacht en deze na tekent met gebruik van structuur.
3. Ontwerpen van een eigen fantasie dier opgebouwd uit 3 verschillende dieren.

Slide 16 - Diapositive

Opdracht 1.
Zoek minimaal 10 verschillende dieren die je in Wildlands kan zien. Vergeet ook de kleinere dieren niet! Maak digitaal een collage. Een collage is het samenstellen van verschillende afbeeldingen/foto's op één ondergrond.  (Zie voorbeelden) Bij een collage is het belangrijk om goed te bedenken welk plaatje je waar wilt plaatsen. Er zijn allerlei apps om collages te maken. Pic-collage is er een die ik zelf leuk vindt. https://pic-collage.com. Je foto's kunnen strak naast elkaar gezet worden of juist kris kras door elkaar. Bekijk wat de mogelijkheden zijn en hoe je je collage wilt vormgeven, ook als je Google docs gebruikt kan je leuke samenstellingen maken. Gebruik je creativiteit!!

Slide 17 - Diapositive

Upload hier je collage

Slide 18 - Question ouverte

Slide 19 - Diapositive

Opdracht 2
Teken op een blad met potlood en liniaal  op A4 formaat .
  • Elk vakje is 5 x 5 cm.
  • Tussen de vakjes laat je ruimte van 1,5 cm. 
  • De onderste balk is opgebouwd uit 7 vakjes van 2,5 x 2,5 cm.
In elk vakje komt een andere structuur. 3 huidstructuren, 3 kunstmatige structuren en 3 fantasie structuren
In de onderste balk kies je een van de structuren en deze ga je van licht naar donker in de vakjes tekenen. 







Huid/vacht
Kunstmatige structuur
fantasie structuur

Slide 20 - Diapositive

Werken met inkt
Belangrijke regels voor werken met inkt.
1. Blijf op je plek zitten, de potjes inkt kunnen om gestoten worden wanneer er te veel mensen door het lokaal lopen.
2. Tafels moeten altijd horizontaal staan, anders blijft je potje niet staan.
3. Werk netjes en let op je kleding, want inkt was je niet uit je kleren.
4  Maak je pen schoon en droog, anders gaat het metaal roesten.
5. Zorg dat het potje inkt goed dicht gedraaid is.

Slide 21 - Diapositive

Wat doe je niet (of weinig) wanneer je met inkt werkt?
A
Praten
B
Door het lokaal lopen
C
Tenissen
D
Scheetjes laten

Slide 22 - Quiz

Hoe moeten de tafels staan als we met inkt werken?
A
Achterste voren
B
Onderste boven
C
Verticaal
D
Horizontaal

Slide 23 - Quiz

Waarom is het handig om netjes te werken met inkt?

Slide 24 - Question ouverte

Wat gebeurd er met je pen als je deze niet goed droog maakt na gebruik?

Slide 25 - Question ouverte

Waarom moet het potje inkt goed dicht gedraaid worden?
A
Anders vervliegt het inkt
B
Dan droogt de inkt op
C
Dan kan het potje gaan lekken
D
Dan veranderd de kleur

Slide 26 - Quiz

Opdracht 3
Nu heb je geoefend met structuur .
Nu ontwerp je een eigen fantasie dier opgebouwd uit minimaal 3 verschillende dieren. 
(meer dan 3 mag, maar minder niet)
Per dier breng je een structuur aan, dus hoe meer verschillende dieren, hoe meer verschillende structuren. 
1. Maak 3 schetsen op schets papier ( 1 uur per schets)
2. Werk je beste schets uit . (1 uur)
3. Teken de verschillende structeren in je fantasie dier. (1 uur)
4. Voeg een achtergrond toe. Hiervoor mag je ook kleur gebruiken. Je kan ook eerst de achetrgrond maken op een ander blad. Dan je dier er uitgeknipt opplakken. Je mag de achtergrond zo maken als je wilt. Tekenen, knippen, scheuren, schilderen enz.

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Minimaal 3 verschillende dieren
Meer mag altijd, maar niet minder!
1
2
3
4
5

Slide 29 - Diapositive

Gebruik echte dieren als voorbeelden, dus geen getekende plaatsjes. Daar wordt vaak geen structuur gebruikt

Slide 30 - Diapositive

Zorg dat je dieren goed aansluiten. Ook als ze bijvoorbeeld lange en korte poten hebben.

Slide 31 - Diapositive

Teken de omgeving van je dier. Bedenk goed of dit onderwater, in de lucht of in een bos is.

Slide 32 - Diapositive

plaats hier een foto van je fantasie dier in inkt.

Slide 33 - Question ouverte

Heel veel plezier met de opdrachten!

Slide 34 - Diapositive