15.3 Warmte, water en exoten en herhaling H6 en H8

15.3 Warmte, water en exoten + herhaling H6 en H8

H15 Kwetsbare ecosystemen
VWO 5
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

15.3 Warmte, water en exoten + herhaling H6 en H8

H15 Kwetsbare ecosystemen
VWO 5

Slide 1 - Diapositive

Halsbandparkieten
 Wat in de jaren zestig en zeventig begon met wat ontsnapte of vrijgelaten parkieten in Den Haag en Amsterdam, is inmiddels uitgegroeid tot een serieuze populatie van de tropische vogels, van origine vaak afkomstig uit Pakistan.


Slide 2 - Diapositive

De genetische variatie van de NL populatie is ... dan die van de oorspronkelijke populatie uit Pakistan
A
kleiner
B
groter

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

 extremofielen
Extremofielen zijn organismen die onder bijzondere omstandigheden leven, bijvoorbeeld bij extreme temperaturen, hoge zoutgehalten, toxische omgeving of hoge pH.


                            bijvoorbeeld
                                          de alaska boskikker

Slide 5 - Diapositive

De volgende
2 vragen gaan over deze afbeelding

Slide 6 - Diapositive

Welke lijn (a, b, c of d) past het best bij de tolerantie voor temperatuur van het beerdiertje? Leg je antwoord uit.
timer
1:30

Slide 7 - Question ouverte

Welke lijn (a, b, c of d) past het best bij een organisme dat veel last heeft van concurrentie?
Leg je antwoord uit.
timer
1:30

Slide 8 - Question ouverte

Bij de abiotische factoren kennen we een tolerantie gebied. Binnen dat gebied is leven mogelijk, daarboven en daaronder niet. (tolertantiegrenzen)  Er is ook een optimum voor deze abiotische factor. Daar zal de soort/het organisme zich het beste voelen en de meeste energie en kansen hebben om zich voort te planten
Bijvoorbeeld Temperatuur
- onder de 17 oC sterven deze organismen.
- boven de 32 oC sterven ze.
- bij het optimum 25 oC hebben ze de meeste kansen.

Slide 9 - Diapositive

Tolerantiegrenzen verschuiven door adaptatie

Slide 10 - Diapositive

Leg uit hoe natuurlijke selectie geleid kan hebben tot algen die kunnen leven bij hoge temperaturen
timer
3:00

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Vidéo

timer
1:00
Op welke manieren kunnen exoten
een ecosyteem verstoren?

Slide 13 - Carte mentale

Enkele van de +/- 1000 exoten in Nederland

Slide 14 - Diapositive

Bedenk minstens 3 manieren waarop exoten in onze onze natuur terecht gekomen kunnen zijn.
timer
1:30

Slide 15 - Question ouverte

Exoten
Exoten: soorten afkomstig uit een ander gebied die zich vestigen in een ecosysteem

Invasieve exoot: brengt een ernstige verstoring teweeg in het ecosysteem

Slide 16 - Diapositive

We spreken van een plaag als planten of dieren schade veroorzaken (bijvoorbeeld)aan gewas of als ze ongewenst zijn.
Exoten kunnen door hun negatieve gevolgen op ecosystemen als plaagdieren of planten beschouwd worden, maar ook inheemse organismen kunnen een plaag veroorzaken.
Vaak wordt een plaag veroorzaakt door een verstoring in het biologisch evenwicht.

Slide 17 - Diapositive

Drinkwaterwinning vindt in ons land met name plaats uit grondwater. Een klein gedeelte is afkomstig van oppervlakte water. Er vinden een aantal bewerkingen plaats om veilig drinkwater te maken. Schadelijke stoffen en micro-organismen worden verwijderd. (Niet alle processen van drinkwater winning gaan leren hoor)

Slide 18 - Diapositive

afvalwater (rioolwater) reiniging
Ons afvalwater van onze huishoudens komt in het riool terecht. In afvalwater zitten veel organsiche stoffen en directe lozing daarvan op rivieren zou tot eutrofiëring leiden.
Daarom is het ook nodig om ons afvalwater te reinigen voordat het in rivieren wordt geloosd. Bij dit proces wordt gebruik gemaakt van bacteriën die organische stoffen afbreken (biologische reininging.)

Slide 19 - Diapositive

Bij rioolwater reiniging zijn er twee verschillende processen.
1: mechanische reiniging: filtreren van groter vuil en het laten bezinken van kleinere deeltjes.
2: biologische reiniging
           door A:  aerobe bacteriën in beluchtings tanks/bekkens (waar continu lucht door het water wordt gepompt)
           door B:  anaerobe bacteriën in afgesloten ruimte

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Noem 2 functies van UV-licht bij waterzuivering.
timer
1:00

Slide 22 - Question ouverte

Eutrofiering van voedselarme gebieden zorgt vaak voor een vermindering van de biodiversiteit. Waardoor leidt eutrofiering vaak tot het verdwijnen van bepaalde plantensoorten? (1 pnt)
timer
1:30

Slide 23 - Question ouverte

antwoordmodel (exam, 1pnt)
voorbeelden:
  • De specifieke planten van voedselarme gebieden worden door eutrofiering weggeconcureerd door  beter aangepaste planten.
  • Bij hoge stikstofconcentraties worden de tolerantiegrenzen van steeds meer plantensoorten overschreden en blijven er minder soorten over. 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Binas 93G: Bij welke reactie in
een rioolzuiveringsinstallatie is
geen O2 nodig?
timer
1:30
A
Bij de chemosynthese van nitrietbacterien
B
Bij de ammonificatie van organische stoffen
C
Bij de omzetting van NO2- naar NO3-
D
Bij de omzetting naar stikstofgas

Slide 26 - Quiz