7.4 Relaties

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Ecologie

Relaties

De ene soort voordeel

de ander nadeel

beide soorten voordeel

de ene soort voordeel de ander geen voor- of nadeel

mutualisme

commensalisme

parasitisme

Geef van elke symbiose vorm twee voorbeelden. Je mag internet gebruiken.

Intraspecifieke relaties (binnen één populatie)

• coöperatie (b.v. bij de jacht, vliegen)
• sociaal (b.v. mieren)
• concurrentie (b.v. leeuwen)
• kannibalisme (b.v. zwarte weduwe, bidsprinkhaan) 

Interspecifieke relaties (tussen verschillende soorten)

• concurrentie (om hulpbronnen)
• voedselrelatie (bv predatie)
• symbiose

Mimicry

- Mimicry is het nabootsen van een ander organisme om minder aantrekkelijk te zijn voor predatoren (giftiger/gevaarlijker/minder lekker)

- Wat is het verschil met camouflage?

Mimicry

Lijken op een ander (giftig) dier

Camouflage: verstoppen!

Mimicry: lijkt op iets gevaarlijks!

Bescherming tegen eters!

Welke kleur lijn is de predatorpopulatie?
Leg uit...

Habitat

• de levensomgeving van plant /schimmel /dier/bacterie.
• Bij planten ook standplaats genoemt ipv habitat.
• plaats  =  de plek in een ecosysteem waar je een organisme leeft

Kies de juiste volgorde van klein naar groot:

1. ecosysteem - individu - levensgemeenschap - populatie
2. Individu - levensgemeenschap - populatie - ecosysteem
3. individu - populatie - levensgemeenschap - ecosysteem
4. Ecosysteem - levensgemeenschap - populatie - individu

Tot welk niveau horen boomalgen die op een boom zitten?

1. Populatie
2. Ecosysteem
3. Individu
4. Organisme

Vraag 2c

een relatie tussen een groep individuen van dezelfde soort

Relatie tussen de organisme 

en de omgeving

Relaties tussen alle populaties 

in een bepaald gebied

Relaties tussen levende wezens 

en abiotische factoren

Ecosysteem

Individu

Levens

gemeenschap

Populatie

Milieu

Biotisch

Ecologie

Relaties

Abiotisch

Dit heeft invloed op organismen en wordt beïnvloed door organismen.

De studie van de relaties tussen organismen het 

milieu.

Een habitat beschrijft een leefgebied van één soort, terwijl een ecosysteem een leefgebied vormt voor meerdere soorten.

1. Juist
2. Onjuist

Parasitisme is een voorbeeld van een predator-prooirelatie

1. Juist
2. Onjuist

1. Geen van beide
2. Verklaring I
3. Verklaring II
4. Verklaring I en II

Welke relatie tussen soort A en soort B is het meest waarschijnlijk?

1. Concurrenten
2. Parasiet - gastheer
3. Prooi - predator
4. Symbiose

Waar zijn altijd de meeste van in een predator-prooi relatie?

1. Predatoren
2. Prooien
3. Van beide evenveel
4. Dat maakt niet uit

Bij een dynamisch evenwicht...

1. Neemt de populatiegrootte predatoren af, en blijft de populatiegrootte voor prooien gelijk
2. Neemt de populatiegrootte prooien af, en blijft de populatiegrootte van predatoren gelijk
3. Nemen populatiegroottes van predatoren en prooien beide toe en af over lange periode
4. Blijven de populatiegroottes van predatoren en prooien gelijk over een lange periode

Spuitkevers uit Zuid-Amerika kunnen ingezet worden om de in Nederland woekerende waterhyacint uit te roeien. Aan welke voorwaarde moet worden voldaan, wil de kever het beoogde doel bereiken en toch niet zelf tot een plaag uitgroeien?

HUISWERK

Bestudeer 7.4 en 

maak opdrachten