grammatica H1 woordsoorten H1 1e les

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

welkom HA1d

• Pak je laptop (dicht laten!), schrift Nederlands, basisboek
• Pak je leesboek en ga lezen 
  
  
  

woorden van de week

laks = gemakzuchtig

De man laat zijn lege blikje op straat vallen, maar is nogal laks: hij laat het gewoon liggen.

schrijnend = een pijnlijk gevoel gevend (letterlijk en/of figuurlijk)

Ik vond het schrijnend om te zien hoeveel pijn de aangereden pony had.

woorden van de week

visueel = wat met zien te maken heeft

"Ik zal proberen het visueel te maken," zei de aardrijkskundedocent en hij maakte een tekening op het bord.

overtuigend = geloofwaardig, aannemelijk

Toen Evan te laat op school kwam, vond de conciërge zijn verklaring daarvoor erg overtuigend.

1 Welke bewering is juist?

A De context van een woord is de omschrijving van dat woord.

B De context van een woord is de tekst waarin dat woord staat.

C De context van een woord is een woord met dezelfde betekenis.

D De context van een woord is het tekstdeel rond dat woord.

Welk woord past in de zin?

amicaal – analyseren – bejegenen – duo – experiment – liefkozen – recent – geruïneerd – souvenir – sympathiek – uniek – vrezen

2 Van al onze buitenlandse reizen nemen wij een eierdopje als […] mee; we hebben er inmiddels meer dan dertig.

3 Fokje en Janet vormen een succesvol […] op de tennisbaan; ze verslaan alle tegenstanders in de damesdubbel.

4 Tijdens de Tweede Wereldoorlog is Rotterdam geheel […] : geen enkel gebouw stond meer overeind.

5 De ambtenaren moeten het probleem eerst nauwkeurig […], daarna kunnen zij pas naar oplossingen zoeken.

6 De ooms en tantes van mijn moeders kant gaan heel […] met elkaar om; familiebijeenkomsten zijn daarom altijd heel gezellig.

7 In de apenkolonie van Burgers’ Zoo zie je dat vrouwtjesapen hun kroost geregeld […] .

Welke uitdrukking past in de zin?

bont en blauw - kommer en kwel – naar eer en geweten - nooit ofte nimmer – pais en vree – van haver tot gort

8 Alcohol en verkeer gaan niet samen; ik zal dan ook […] een druppel drinken voor ik achter het stuur kruip.

9 Alle vragen van de rechter beantwoordde Mathilde […].

doelen van deze les

1. Je kan zelfstandige naamwoorden herkennen
   
   
2. Je kan bepaalde en onbepaalde lidwoorden herkennen 

grammatica woordsoorten H1

• open je computer en ga naar de digitale methode H1 
  (alle andere websites zijn dicht!)
  
  
• Maak samen met je buurtjes (die naast je zitten) de startopdracht
  
  
• We bespreken samen wat jullie opgeschreven hebben en waarom 

Zelfstandige naamwoorden (zn)

Zelfstandige naamwoorden zijn:

• mensen
• dieren
• planten
• dingen
• namen (van mensen, bedrijven, steden, landen)

zelfstandig naamwoord (zn)

1. een zn heeft vaak een enkelvoud en een meervoud
   
   
2. je kunt er vaak een verkleinwoord van maken
   
   
3. je kunt er vaak de, het of een voor zetten 

Lidwoorden

Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig naamwoord (lid)

de, het, een

• Er zijn twee bepaalde lidwoorden (de, het) en er is een onbepaald lidwoord (een).
• Bij een bepaald lidwoord weet je precies waarom het gaat, bij een onbepaald lidwoord kan het om van alles gaan.

bepaald lidwoord: ‘de’ en ‘het’

• mannelijk               de leraar
• vrouwelijk               de actrice
• onzijdig                   het station 
• verkleinwoord       het autootje

onbepaald lidwoord: ‘een’

• mannelijk              een leraar
• vrouwelijk              een beroemde actrice
• onzijdig                  een koud, leeg station

Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?

1. paard
2. school
3. liefde
4. mooi

Wat is het zelfstandig naamwoord?

1. liever
2. slim
3. kans
4. leuk

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, regen
4. lopen, werken, denken

Een eigennaam is ook een zelfstandig naamwoord

1. Juist
2. Onjuist

Een lidwoord...

1. staat altijd aan het begin van een zin
2. is bepaald (een) of onbepaald (de, het)
3. is bepaald (de, het) of onbepaald (een)
4. staat altijd direct voor het zn

Bepaalde lidwoorden zijn:

1. de, een
2. een, het
3. de, het
4. de, het, een

Welk lidwoord is het onbepaald lidwoord?

1. de
2. het
3. een

Is het woord HET altijd een lidwoord?

1. ja, altijd
2. nee, niet altijd

aan de slag

huiswerk 3 oktober

digitaal maken H1 grammatica zelfstandig naamwoord en lidwoord

ik herken een zelfstandig naamwoord

😒🙁😐🙂😃

ik weet een onbepaald lidwoord en een bepaald lidwoord herkennen

😒🙁😐🙂😃

ik wil meer uitleg over......