Find it! | Les 4 | In je eigen woorden

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
InformatievaardighedenBasisschoolGroep 5-8

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Introduction

In deze les maken de kinderen een voorlopige inhoudsopgave door de vragen die ze bedacht hebben in les 1 in een logische volgorde te zetten. Vervolgens noteren ze achter elke vraag welke bron informatie geeft over deze vraag. Dan begint het ‘echte’ werk; het in je eigen woorden opschrijven van de gevonden informatie. Dat is een moeilijke klus. Door klassikaal te oefenen met het herkennen en onderstrepen van sleutelwoorden en het bedenken van synoniemen maken ze hier een begin mee. Laat, afhankelijk van de groep en het niveau, de kinderen hiermee oefenen.

Instructions

Feuilles de travail

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Les 1 Kies het zelf
Les 2 Bronnen, bronnen, bronnen
Les 3 Verzamelen maar!
Les 4 In je eigen woorden
Les 5 Jouw werkstuk

Slide 2 - Diapositive

 In je eigen woorden
Bekijk het filmpje
link naar de video

Slide 3 - Diapositive

  In deze les oefen je
  met het maken van een       
  inhoudsopgave en het schrijven 
  van een tekst in je eigen woorden.

Slide 4 - Diapositive

   Dit ga je doen:
   1.  een voorlopige inhoudsopgave maken.
   2. het synoniemenspel spelen. 
   3. informatie in je eigen woorden opschrijven.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

 Speel het spel!

Slide 7 - Diapositive


Wat is een synoniem voor rijwiel?
A
Boemel
B
Rijtuig
C
Fiets
D
Slee

Slide 8 - Quiz


Wat is een synoniem voor kalm?
A
Levendig
B
Moeiteloos
C
Rustig
D
Vochtig

Slide 9 - Quiz


Wat is een synoniem voor wijs?
A
Absurd
B
Bezwaarlijk
C
Onberaden
D
Verstandig

Slide 10 - Quiz


Wat is een synoniem voor treffer?
A
Ambitie
B
Doelpunt
C
Ontmoeting
D
Plan

Slide 11 - Quiz

Uitslag

Slide 12 - Carte mentale

Geschiedenis

Slide 13 - Carte mentale

Op een onderzeeboot gaat het leven dag en nacht door. Daarom is de bemanning ingedeeld in ploegen. Een ploeg werkt zes uur. Daarna heeft deze ploeg zes uur de tijd om te slapen, te eten, een spelletje te doen of te sporten.




Bron: Junior informatieboekje 235, De onderzeeboot.

Slide 14 - Diapositive

Op een onderzeeboot gaat het leven dag en nacht door. Daarom is de bemanning ingedeeld in ploegen. Een ploeg werkt zes uur. Daarna heeft deze ploeg zes uur de tijd om te slapen, te eten, een spelletje te doen of te sporten.




Bron: Junior informatieboekje 235, De onderzeeboot.

Slide 15 - Diapositive

Het leven op een onderzeeboot gaat altijd door. Daarom is de bemanning is daarom verdeeld in ploegen. Een ploeg werkt zes uur en is daarna zes uur vrij. Dan kunnen ze doen waar ze zin in hebben.




Bron: Junior informatieboekje 235, De onderzeeboot.

Slide 16 - Diapositive

Wat we nu kunnen:
 - een voorlopige inhoudsopgave maken
 - sleutelwoorden herkennen en 
   synoniemen bedenken.
 

Slide 17 - Diapositive

VOOR DE VOLGENDE LES:

Maak opdracht 5 als weektaak. 

Slide 18 - Diapositive