Quiz 2 Verbranding
1 / 10
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Regelt welke stoffen de cel in- en uitgaan
Regelt dat de cel zijn taken uitvoert
Hierin vindt verbranding plaats
Hierin zitten de cel- organellen
mitochondriën
celkern
cytoplasma
celmembraan
Slide 2 - Question de remorquage
groot
klein
organisme
orgaan-stelsel
orgaan
weefsel
cel
Slide 3 - Question de remorquage
Robin loopt de marathon. Hij hijgt en zweet, maar blijft doorgaan. Hoe heet de reactie in zijn spiercellen waardoor er energie vrijkomt om door te blijven gaan?
Slide 4 - Question ouverte
In welke cellen
vindt verbranding plaats?
vindt verbranding plaats?
Slide 5 - Question ouverte
Maak het schema van verbranding kloppend
koolstofdioxide
water
energie
glucose
zuurstof
Slide 6 - Question de remorquage
Welke orgaanstelsels werken samen om zuurstof naar alle lichaamscellen te laten gaan voor de verbranding?
A
het ademhalingsstelsel en het verteringsstelsel
B
het bloedvatenstelsel en het verteringsstelsel
C
het ademhalingsstelsel en het bloedvatenstelsel
D
het ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en verteringsstelsel
Slide 7 - Quiz
Bonusvraag!
De afvalstoffen die ontstaan bij verbranding gaan het bloed in. Ze worden ook weer uit het bloed verwijderd. Hoe heet deze verwijdering?
De afvalstoffen die ontstaan bij verbranding gaan het bloed in. Ze worden ook weer uit het bloed verwijderd. Hoe heet deze verwijdering?
Slide 8 - Question ouverte
Bonusvraag!
De uitscheiding van koolstofdioxide en water gebeurt door 3 uitscheidingsorganen. Welke 3 organen zijn dat?
De uitscheiding van koolstofdioxide en water gebeurt door 3 uitscheidingsorganen. Welke 3 organen zijn dat?
A
Longen, blaas, huid.
B
Longen, endeldarm, nieren.
C
Blaas, lever, huid.
D
Huid, nieren, longen.
Slide 9 - Quiz
Noem een proces in je lichaam die met de energie uit de verbranding kan plaatsvinden
