1havo/vwo: Spelling hoofdstuk 5

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom

Vandaag...

 Spelling hoofdstuk 5: 

-Deel 1: spelling van bijvoeglijke naamwoorden

-Deel 2: spelling van deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord

Leerdoel (deel 1)

- Ik kan (stoffelijke) bijvoeglijke naamwoorden correct spellen

- Ik kan woorden met g, gg en ch correct spellen

Bijvoeglijk naamwoord

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

• Het spannende boek.
• Het kussende paar
• Het schitterende boek
• Het kartonnen bakje

Bijvoeglijk naamwoord

Staat soms ook achter het zelfstandig naamwoord

• de schitterende film
• de film is schitterend

• Dagobert Duck is heel beroemd

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt van welke stof het zelfstandig naamwoord is gemaakt. 

Vuistregel: de uitgang eindigt op -en.

• goud + en : de gouden ring
• hout + en : de houten tafel
• Riet + en : het rieten dak

Uitzondering

De uitzonderingingen zijn:

• plastic  - plastic  bordjes 
• nylon - nylon jasjes
• suède - suède laarzen
• kunststof - kunstof platen
• aluminium - aluminium buizen

Rubber en rubberen mag allebei

https:

Leerdoel (deel 2)

- Ik kan voltooide en onvoltooide deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord correct spellen

Wat is ook alweer een voltooid deelwoord

Het voltooid deelwoord (vd) is een van de vormen van het werkwoord. Het geeft aan dat een handeling is afgerond. 

Als het voltooid deelwoord in het werkwoordelijk gezegde voorkomt, staat er altijd een vorm bij van hebben, zijn of worden.

Ik heb in de tuin gezeten.

Jij bent naar boven gegaan.

De trampoline wordt morgen geleverd.

Wat is ook alweer een onvoltooid deelwoord

-Onvoltooid deelwoord geeft vaak aan dat een handeling nog niet af is (onvoltooid)

Juichend liep hij over straat. Al lachend fietste ze naar huis.

-Een onvoltooid deelwoord schrijf je als volgt: hele werkwoord +d

lopend   -    werkend   -    wandelend 

Je kunt voltooide en onvoltooide deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord gebruiken.

Vliegen - gevlogen (vd) - vliegend (od)

- De gevlogen vogel

- De vliegende schotel

Schrijven - geschreven (vd) - schrijvend (od)

- De geschreven brief

- De schrijvende leerling

Betalen - betaald (vd) - betalend (od)

- De betaalde rekening

- De betalende klant

De ... jongen danste op de tafel.
(lachen)

1. lachend (od)
2. lachende (od)
3. gelachten (vd)
4. lacht (pvtt)

Ik ging per ongeluk op de pas ... stoel zitten. Jammer van mijn broek!
(verven)

1. vervend (od)
2. vervende (od)
3. geverfd (vd)
4. geverfde (vd)

De ... (stelen) laptops werden door de ... (opletten) agent in beslag genomen.

1. stelende (od), opgelette (vd)
2. gestolen (vd), oplettende (od)
3. gestolen (vd), opgelette (vd)
4. stelende (od), oplettende (od)

We hebben de ... (vergroten) foto in de woonkamer gehangen.

1. vergrootte
2. vergroote
3. vergrote
4. vergroot

De ... (dik) olifant stampte in de plas.

1. dik
2. dike
3. dikke
4. gedikte

En nu...?

- Spelling H5: spelling van bijvoeglijke naamwoorden. 

Lees de theorie, bekijk het uitlegfilmpje en maak online alle opdrachten.

- Maken: Spelling H5: deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord. Lees de theorie, bekijk het uitlegfilmpje en maak online alle opdrachten.

Maandag 11 mei:

- 1e lesuur: 8:45u videobellen in Teams

- 4e lesuur: Afmaken Spelling hoofdstuk 5 en maken Spelling hoofdstuk 6 (komma, dubbele punt en aanhalingsteken)