29/11 - Schrijfvaardigheid (bouwplan + mindmap)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Schrijf meerdere concrete tips ter verbetering en geef complimenten waar die terecht zijn.

Bepaal de schrijfstijl van de schrijver. Geef hier feedback op.

Bepaal de opbouw en de samenhang van de alinea. Geef complimenten, maar zeker ook tips ter verbetering.

Startopdracht

Vorige lessen

Je hebt het probleem in jouw boek onderzocht aan de hand van hulpvragen.

Je hebt een alinea geschreven. 

Deze les

Laatste stap voor het schrijven van je tekst: mindmap en bouwplan + inleveren

Vooruitblik

Volgende week vrijdag: schrijven van essayistisch artikel in de les.

Wat is het thema van je boek?

Wat maakt het boek interessant?

Waarover laat het boek jou nadenken?

Wat wordt jouw invalshoek?

denken

Probleembeschrijving

Wat is het probleem?

Voor wie is het een probleem?

Waarom is het een probleem?

Wat zijn de oorzaken?

Wat zijn de gevolgen?

Hoe gaat het personage met het probleem om?

Welke ontwikkeling merk jij op?

etc. etc.

denken

Probeer het thema, het probleem en het denken en handelen van de hoofdpersoon te verklaren aan de hand van bronnen.

Gebruik de teksten uit de module en ga eventueel op zoek naar externe bronnen.

zoeken

Lees heel kritisch het artikel: is er informatie die jij zou kunnen gebruiken?

Gebruik wél conclusies, maar gebruik géén voorbeelden.

kritisch lezen

Verbind de bruikbare informatie aan concrete voorbeelden uit het boek.

Wat gebeurt er concreet in het boek?

Wat zeggen bronnen hierover?

Hoe is en/of verandert jouw kijk op het thema of het probleem?

selecteren en transfereren

Heb je alle informatie gevonden en verzameld voor jouw eigen tekst?

Houd de volgorde van het bouwplan van pagina 8 aan.

ordenen

Je schrijft een tekst van circa 1,5 A4.

Je hebt twee lessen de tijd om de tekst te schrijven.

schrijven

Schrijfvaardigheid (bouwplan + mindmap)

Thema

Probleem

Personage

Analyse van bronnen

Reflectie

Is het een intern of een extern conflict?

Hoe beïnvloedt het probleem het personage?

Hoe is het denken en het handelen van het personage wat betreft het thema en het probleem?

Welke ontwikkeling herken je?

Verklaar het probleem en de ontwikkelingen a.h.v. bronnen.

In hoeverre is jouw beeld van het thema, het probleem en/of het personage veranderd? 

Je hebt je mindmap gemaakt.

Verwerk nu je inzichten in je bouwplan.

Je leert zelfstandig en in stilte

Hulp nodig?

Noteer je vraag en ga door met de volgende stappen.

Volgende lessen:

1. Starten met de eindopdracht

2. Afronden van de eindopdracht

Je mag zowel je mindmap als je bouwplan gebruiken tijdens het schrijven.