Dictoglos

Dictoglos
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Dictoglos

Slide 1 - Diapositive

Doel
- Oefenen met luisteren
- Oefenen met aantekeningen maken
- Oefenen met samenwerken
- Oefenen met zinnen maken

Slide 2 - Diapositive

Dictogloss
  • 1e keer --> alleen luisteren
  • 2e keer --> aantekeningen maken
  • In drietallen bespreken wat jullie hebben gehoord
  • Het verhaaltje schrijven.
  • Eén persoon uit het groepje, leest het verhaal voor. 

Slide 3 - Diapositive

Ronde 1
De docent leest het verhaal en iedereen luistert.

Slide 4 - Diapositive

Ronde 2
Maak aantekeningen.

Schrijf niet precies wat je hoort, maar belangrijke woorden.

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 1
  • Bespreek in drietallen  wat jullie hebben gehoord. Hiervoor kun je naar je aantekeningen kijken. 
timer
3:00

Slide 6 - Diapositive

Opdracht 2
Schrijf samen het verhaal. Let op de volgorde van de zin. Je mag vragen stellen over de volgorde, maar niet over de inhoud van het verhaal.

Hoe maak je ook alweer een zin?

Slide 7 - Diapositive

De basis van een zin
1= wie of wat (onderwerp)
2= het werkwoord
3= extra informatie
 





1
2
3
Ik
 ga
naar school.

Slide 8 - Diapositive

1. wie of wat
Onderwerp: wie of wat

Wie: Mijn tante woont in Amsterdam.

Wat: De school is in Amstelveen. 



Slide 9 - Diapositive

1. Jan loopt naar school.
2. Ik heb een broer en een zus.
3. De zoon heet David.
4. Ik schrijf de woorden.
5. Wij wonen in Portugal.
6. Het is mooi weer. 

2. Het werkwoord

Slide 10 - Diapositive

een werkwoord:
* praat over een actie; iets wat je doet
* stopt vaak met ...-en

Slide 11 - Diapositive

1. Jan loopt naar school.
2. Ik heb een broer en een zus.
3. De zoon heet David.
4. Ik schrijf de woorden.
5. Wij wonen in Portugal.
6. Het is mooi weer

3. Extra informatie

Slide 12 - Diapositive

Vraagzin
Bij een vraagzin staat het werkwoord of het vraagwoord op nummer 1.

Slide 13 - Diapositive

Voorbeelden
1. Heb je een nieuwe fiets?
2. Wanneer heb je school?
3. Kom je naar mijn verjaardag?
4. Wie is de docent?
5. Mag ik naar de wc?

Slide 14 - Diapositive

Opdracht 2
Schrijf samen het verhaal. Let op de volgorde van de zin. Je mag vragen stellen over de volgorde, maar niet over de inhoud van het verhaal.
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive