4.2 Hoe ontstond de industrie

M & M
Telefoon in telefoonvak
Ga op je plek zitten
Je jas is uit, tas is op de grond
Pak je opdracht en boek erbij 
Je gaat rustig zitten en je bent stil
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens Middelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

M & M
Telefoon in telefoonvak
Ga op je plek zitten
Je jas is uit, tas is op de grond
Pak je opdracht en boek erbij 
Je gaat rustig zitten en je bent stil

Slide 1 - Diapositive

Planning deel 1

- Korte herhaling cursus 4.2
- Opdrachten maken 4.2 maken/afmaken
- Alles nakijken en laten aftekenen
- Opdracht topografie blz 36/37 maken

Slide 2 - Diapositive

4.2 Hoe ontstond de industrie?

Slide 3 - Diapositive

1. Welke 3 beroepssectoren zijn er?
2. Noem bij elke sector 1 beroep

Slide 4 - Question ouverte

Waarom werken mensen in arme landen veel in de landbouwsector?

Slide 5 - Question ouverte

Wat betekent automatisering?
A
Dat alles vanzelf gaat.
B
Alle apparaten werken automatisch.
C
Als robots en machines het werk overnemen van mensen
D
Als machines en computers het werk overnemen van mensen

Slide 6 - Quiz

Wat is het verschil tussen
commercieel en niet-commerciële dienstverlening uitleggen.

Slide 7 - Diapositive

Commercieel:
Pakketdienst
Transportbedrijf
Klusjesman
Makelaardij
ICT-bedrijf
Hovenier
Winst is wel het hoofddoel van deze bedrijven!

Niet-commercieel:
School
Ziekenhuis
Gemeente / overheid
Verzorgingstehuis
Brandweer
Politie
Winst is niet het hoofddoel van deze bedrijven!

Slide 8 - Diapositive

Lesdoelen 4.2
  • Je kunt de begrippen huisnijverheid, energiebronnen, stoommachine en concurrentie uitleggen. 
  • Je kunt het begrip industriële revolutie uitleggen.
  • Je kunt 3 gevolgen noemen waar de uitvindig van de stoommachine voor heeft gezorgd.
  • Je 3 oude energiebronnen noemen.

Slide 9 - Diapositive

Opdracht
1. Lees zelfstandig de leerstof op
Blz 14 - 16 - 17 - 18 (10 minuten)
2. Werken in twee of drietallen
3. Je krijgt per groep een leerstof uitgedeeld, deze moet je samenvatten en later presenteren
4. een groep krijgt begrippen welke ze in eigen woorden moeten uitwerken

Slide 10 - Diapositive

Op een katoenplantage
  • Slaven uit Afrika werkten op plantages in Zuid-Amerika
  • Plantageproducten, zoals katoen, werden naar Europa gebracht
  • Hier werd het katoen in fabrieken verwerkt tot kleding 
  • Vanaf de tijd van de Pruiken en revoluties (1700 tot 1800): nadenken over mensenrechten en gelijkheid --> afschaffing slavernij 

Slide 11 - Diapositive

Driehoekshandel

Slide 12 - Diapositive

Spinnen en weven 
  • De katoen werd in Groot-Britannië rond 1800 gekocht door koopmannen
  • Met een spinnewiel sponnen ze draden van de ruwe katoen
  • Hiervan maakten zij lappen stof (textiel) 
  • Werd geverfd en verkocht
     aan kleermakers 

Slide 13 - Diapositive

Spinnen en weven
  • Het weefgetouw en het spinnewiel stonden in huis
  • Het hele gezin hielp mee
  • Huisnijverheid: het thuis maken van goederen door ambachtslieden of boeren

Slide 14 - Diapositive

Oude energiebronnen
Oude energiebronnen:
  1. spierkracht
  2. dierkracht
  3. waterkracht
  4. windkracht

Slide 15 - Diapositive

Nieuwe energiebronnen
Rond 1780 nieuwe energiebron de stoommachine:
Apparaat dat aangedreven wordt door hete damp van kokend water.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Nieuwe energiebronnen gevolgen
  • Zorgde voor meer productie
  • Mensen werden minder afhankelijk van de natuur 
  • Stoommachines waren te groot en pasten niet in huis
  • Bouw van fabrieken 

Slide 18 - Diapositive

Werken in fabrieken
Veel veranderingen:
  • Hoge productie
  • Vervoer van producten ging sneller
  • Ondernemers bouwden fabrieken en werden werkgevers
  • Zij hadden mensen in dienst: werknemers
  • Goedkope productie + lage lonen

Slide 19 - Diapositive

Industriële revolutie
  • Werkgevers maakten veel winst 
  • Zij bouwden nieuwe fabrieken, bruggen, spoorlijnen
  • Snelle groei industrie
  • Huisnijverheid hield op met bestaan: teveel concurrentie = strijd om zo veel mogelijk producten te verkopen en klanten te winnen

Slide 20 - Diapositive

Industriële revolutie
  • Bedrijfjes moesten sluiten
  • Ambachtslieden verhuisden naar de stad om in fabrieken te gaan werken 
  • Grote verandering: industriele revolutie

Slide 21 - Diapositive

Na de industriële revolutie
  • Machines doen het meeste werk i.p.v. mensen.
  • Mensen werken in fabrieken met machines.
  • Lage lonen, slechte arbeidsomstandigheden, kinderarbeid.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Aan de slag
  • opdracht . 1 t/m 10 afmaken en nakijken
  • Opdracht topografie blz 36/37 maken
  • Extra opdracht atlasvragen
  • Oefengenerator Plein M

Slide 24 - Diapositive

Evaluatie Lesdoelen 4.2
  • Je kunt de begrippen huisnijverheid, energiebronnen, stoommachine en concurrentie uitleggen
  • Je kunt het begrip industriële revolutie uitleggen.
  • Je kunt 3 gevolgen noemen waar de uitvindig van de stoommachine voor heeft gezorgd.
  • Je 3 oude energiebronnen noemen.

Slide 25 - Diapositive

Planning deel 2 cursus 4.2 
-  Opdracht Taboewoorden 
- Topo opdracht
- Puzzel
- Oefengenerator cursus 4.2 Plein M

Slide 26 - Diapositive

OPDRACHT: TABOEWOORDEN
1. Werk samen in tweetallen

2. Bedenk voor onderstaande 6 begrippen 3 taboewoorden.

Dit zijn woorden die iemand anders niet mag gebruiken om het begrip uit te leggen. 
- Kies hierbij geen woorden als '' de '', het'', een''

Slide 27 - Diapositive

A: Industriële revolutie

1.

2.

3
B. Concurrentie 

1.

2.

3.
C. Huisnijverheid 

1.

2.

3.
D. Automatisering 

1.

2.

3.
E: Tijd van burgers en stoommachines 
1.

2.

3.
F: Beroepssectoren

1.

2.

3.

Slide 28 - Diapositive

Uitleg opdracht
3. Zijn de taboewoorden ingevuld dan ruil je dit met een ander tweetal. 
4. Geef nu een goede omschrijving van bovenstaande begrippen zonder de taboewoorden te gebruiken.

5. Schrijf je antwoorden op de achterzijde

Slide 29 - Diapositive

Voorbeeld
Begrip: Beroepsbevolking

3 Taboewoorden: mensen - beroep - werk

Uitleg: bevolking in een land of plaats dat arbeid heeft of op zoek is naar arbeid.

Slide 30 - Diapositive

Samenvatting
Wat: Taboewoorden bij begrippen en daarna begrippen in eigen woorden zonder de taboewoorden omschrijven
Hoe: in tweetallen
Hoelang: 20 min
Klaar? Kijk op het bord wat je verder kan doen
Daarna samen bespreken!

Slide 31 - Diapositive

Klaar met opdracht 
Vraag dan docent voor extra opdracht: 

- 1. Maak dan extra opdracht topografie
-2. Puzzel 

Slide 32 - Diapositive

Wat hebben we geleerd vandaag?
- Hoe is de industrie ontstaan?
1 huisnijverheid
2. stoommachine
3. groei fabrieken werknemers/werkgevers
4. grote concurrentie thuiswerkers en verhuizen naar stad
5. Grote verandering industriële revolutie!

Slide 33 - Diapositive

INPAKKEN MAAR!
Pak  je spullen in maar blijf nog zitten

Slide 34 - Diapositive