Verhaalsommen 1

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Startklaar 

       

       Pak je map voor je.

       Zoek je rekenpapier in je map.

       Leg je pen/potlood op tafel.

       Stop je telefoon in je zakje,
doe je zakje in je tas.

      

Schrijf de sommen in je schrift

Tim heeft 88 schroeven in een bakje. Hij gebruikt 61 schroeven om een tafel te maken. Hoeveel schroeven houdt hij over?

Tim heeft 88 schroeven in een bakje. Hij vindt nog 61 schroeven op de werkbank. Hoeveel schroeven heeft hij nu in totaal?

Leerdoelen

Aan het einde van de les ...

• (Her)ken ik de woorden die gebruikt worden voor plus en minsommen in verhaalsommen.
• Kan ik de juiste som maken bij het lezen van verhaalsommen over plus en min.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Uitleg verhaalsommen

Een verhaalsom is een som in de vorm van een kort verhaaltje. Je moet uit het verhaal de juiste informatie halen om de som op te lossen.

Bij verhaalsommen is het belangrijk om:

- Het verhaal goed te lezen.

- Te bepalen welke som je moet maken (bijvoorbeeld optellen of aftrekken).

- De som uit te rekenen.

Verhaalsommen komen vaak uit het dagelijks leven, zoals boodschappen doen of geld uitgeven.

Hoe los je ze op?

Lees de tekst goed. Wat gebeurt er in het verhaal?

Zoek naar woorden die aangeven wat je moet doen:

Plussom kan bijvoorbeeld zijn: erbij, samen, totaal, meer.

Minsom kan bijvoorbeeld zijn: eraf, minder, verschil, over.

Schrijf daarna de som op. Doe dit zoals je geleerd hebt met Foutloos rekenen!

Plus +

Min - 

Plus +

Optellen

Meer

Erbij

Samen

Totaal

Groter

Som

Vergroten

Toevoegen

Min - 

Aftrekken

Minder

Eraf

Verschil

Kleiner

Rest

Wegnemen

Verminderen

Overhouden

Aantekeningen in je map.

Schrijf de woorden voor plus en min op een aantekenblad in je map.

Hoe los je ze op?

1. Lees de tekst goed. Wat gebeurt er in het verhaal?

2. Zoek naar woorden die aangeven wat je moet doen:

Plussom kan bijvoorbeeld zijn: erbij, samen, totaal, meer.

Minsom kan bijvoorbeeld zijn: eraf, minder, verschil, over.

Onderstreep de belangrijke woorden.

3. Schrijf daarna de som op. Doe dit zoals je geleerd hebt met Foutloos rekenen!

Aantekeningen in je map.

Schrijf de stappen op doe je doet bij het maken van een verhaalsom.

Voorbeeld

Op de markt zijn rond 3 uur al 594 klanten geweest. Tot het eind van de middag komen er nog 47 klanten. Hoeveel klanten zijn er vandaag in totaal geweest?

Samen

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Aan de slag

Maak de opdrachten van de docent. Let op! Plus en min staan door elkaar.

Klaar? Ga zelfstandig aan de slag met Numo rekenen (TAKEN).

Laat je rekenwerk open op tafel liggen.