Hoofdstuk 1: Oefentoets
1 / 21
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
§2
Na 1990 verplaatsen MNO's steeds vaker hun fabrieken naar niet-westerse landen. Waarom doen ze dat?
(2 redenen)
Na 1990 verplaatsen MNO's steeds vaker hun fabrieken naar niet-westerse landen. Waarom doen ze dat?
(2 redenen)
Slide 2 - Question ouverte
§2
Waar streeft de WTO (wereldhandelsorganisatie) naar?
Waar streeft de WTO (wereldhandelsorganisatie) naar?
A
Willen meer handelsgrenzen om landen te beschermen.
B
Streven naar meer vrijhandel, ze willen wereldhandel bevorderen.
C
Willen globalisering tegen gaan.
Slide 3 - Quiz
De wereldhandel is toegenomen door de opdeling van de productieketen, door beter transport en door het verdwijnen van handelsgrenzen (WTO).
Waar
Niet waar
Slide 4 - Sondage
§2
Global shift kun je het beste omschrijven als...
Global shift kun je het beste omschrijven als...
A
De opdeling van de
productieketen
B
Het gevolg van globalisering
C
Verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld
Slide 5 - Quiz
§3
Een land dat vroeger een kolonie was, is nu vaak rijk.
Een land dat vroeger een kolonie was, is nu vaak rijk.
Waar
Niet waar
Slide 6 - Sondage
§3
Communistische planeconomie
Vrijemarkteconomie
Dictatuur
Democratie
Slide 7 - Question de remorquage
§3
Wat is een voordeel van vrijhandel?
Wat is een voordeel van vrijhandel?
A
Bedrijven kunnen hun afzetmarkt vergroten in andere landen.
B
Een land kan zich specialiseren in productie van goederen die het land het best kan produceren.
C
A en B.
D
Er is voor een bedrijf nu minder concurrentie.
Slide 8 - Quiz
§4
Wat geeft de Gini-coëfficiënt aan?
Wat geeft de Gini-coëfficiënt aan?
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
§4
Rijke landen
Arme landen
Tussen in
Semi-periferie
Democratie
Periferie
Centrum
BRICS
Dictatuur, corrupt
Hier verplaatsen MNO's hun fabriek naar toe
Slide 11 - Question de remorquage
Wat zijn 2 natuurlijke
oorzaken voor de
ontwikkeling van
een land?
oorzaken voor de
ontwikkeling van
een land?
Slide 12 - Question ouverte
§4
Natuurlijke en menselijke oorzaken behoren tot de .....
Natuurlijke en menselijke oorzaken behoren tot de .....
Interne oorzaken van een land
Externe oorzaken van een land
Slide 13 - Sondage
§7
Een regio is sturend, volgend of achterblijvend. Sleep deze verschillende posities naar de juiste bron.
Sturend
Volgend
1 / 2 / 3 / 4
Achterblijvend
Slide 14 - Question de remorquage
§7: Wat is het verschil tussen importvervangende
industrialisatie en exportgerichte industrialisatie?
industrialisatie en exportgerichte industrialisatie?
Slide 15 - Carte mentale
§7
Wat zijn buitenlandse directe investeringen?
Wat zijn buitenlandse directe investeringen?
A
Investeringen in een
land die gedaan worden
door een ander land.
B
Investeringen in
communistische landen.
C
Investeringen in dictaturen.
D
Investeringen die bedoeld zijn om een bedrijf te starten of over te nemen in het buitenland.
Slide 16 - Quiz
§7
Wat hebben exportproductie zones (EPZs) te maken met buitenlandse exportbedrijven?
Wat hebben exportproductie zones (EPZs) te maken met buitenlandse exportbedrijven?
A
Alleen in deze bepaalde zones mogen buitenlandse exportbedrijven zich vestigen
in een land. Buiten deze zones is dit niet toegestaan.
B
In deze zones kunnen buitenlandse exportbedrijven zich goed vestigen door lage belastingen, goede infrastructuur en soepele milieuwetten.
C
In deze zones hoeven de buitenlandse exportbedrijven geen belasting te betalen.
Slide 17 - Quiz
§8
Wat zijn Aziatische tijgers in dit hoofdstuk?
Wat zijn Aziatische tijgers in dit hoofdstuk?
A
Nieuwe industrielanden
vanaf 1970 tot 2000
in Zuidoost-Azië.
B
Aziatische landen die veel van hun MNO's verplaatsen naar het westen.
C
Een zeldzaam ras
tijgers dat leeft in Azië.
Slide 18 - Quiz
§8
Brics-landen en Aziatische tijgers zijn hetzelfde.
Brics-landen en Aziatische tijgers zijn hetzelfde.
Waar
Niet waar
Slide 19 - Sondage
§8: Beschrijf in eigen woorden wat
Aziatische babytijgers zijn.
Aziatische babytijgers zijn.
