Thema 3 blok 1 en 2 Grieken en Romeinen

Lesdoelen vandaag
Grieken en Romeinen?
Olympische spelen
Griekse goden
(Maken 2-3-4 van blok 1 thema 3)
1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 49 diapositives, avec diapositives de texte et 11 vidéos.

Éléments de cette leçon

Lesdoelen vandaag
Grieken en Romeinen?
Olympische spelen
Griekse goden
(Maken 2-3-4 van blok 1 thema 3)

Slide 1 - Diapositive

Tijd van Grieken en Romeinen
3000 v.chr- 500 n.chr

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen:
- Je weet aan het einde kan je uitleggen wat een stadsstaat is.
- Je weet aan het einde van de les kan je uitleggen hoe democratie werkt in Athene


Slide 3 - Diapositive

Wat kennen we van de Grieken?

Slide 4 - Diapositive

Griekse stadstaat:

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Stadstaten
Griekenland was verdeeld in stadstaten (polis)
Kenmerken:
- stad met omringend met platteland.
- Kleine stad, met weinig inwoners.
- Zelfvoorzienend(eten en drinken)
- Eigen bestuur en regels

Slide 7 - Diapositive

Wie beslist in de stadstaat?
Besluiten werden genomen door:
- Politici (wijze mannen)
- Burgers(mannen)
= Dit noemen we de Raad van 500
Slaven,vrouwen en buitenlanders beslissen niet mee.
Het mee beslissen door de bevolking noemen we Democratie. Dat betekent het volk regeert. 

Slide 8 - Diapositive

Ostracisme
Als iemand teveel macht kreeg in de raad dan werd er een stemming gehouden.

Iedere burger van de raad mocht zijn stem uitbrengen
 op een scherf. (schervengerecht=Ostracisme)

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Directe of Indirecte democratie?
Oude grieken = Directe democratie.

De bevolking koos direct een wet of regel



Slide 11 - Diapositive

Maken
8abc-10-12-13 van blok 1 Thema 3

Slide 12 - Diapositive

Lesdoelen:
- Je kunt uitleggen wat een stadsstaat is.
- Je weet aan het einde van de les kan je uitleggen hoe democratie werkt in Athene
- Je kan 3 goden en zijn kenmerken benoemen.
- Je weet aan het einde wat het een mythe is
Je weet aan het einde van de les welke rol wetenschap speelde in de Griekse stadstaten.

Slide 13 - Diapositive

Directe of Indirecte democratie?
Nederland = Indirecte democratie

De bevolking kiest een volksvertegenwoordiger en zij maken de wetten en regels.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Griekse Goden
De Grieken konden natuurverschijnselen en dingen uit het dagelijks leven niet begrijpen. 
Wie veroorzaakte de bliksem en waarom werd ik verliefd?

De Grieken hadden maar een antwoord: DE GODEN.
Zij waren een familie en ontsterfelijk
De verhalen over de goden noemen we Mythen.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Griekse kolonisatie
- Door de hoge bergen was er weinig landbouw mogelijk. Wel: handel in olijfolie, wijn en potten.
- Om beter handel te drijven, verhuisden Grieken naar de kust van andere landen.
- Zo'n gebied was een kolonie van Griekenland. Ze spraken en leefde als Grieken

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Maken blok 1 thema 3
10-12-13-16-17-18-21-22
HW voor morgen in je plenda:
tm 13 afhebben
+maandag muziek

Slide 22 - Diapositive

Histoclips De oude Grieken
Bekijk de histoclip en maak bijbehorend werkblad.

Dit werkblad vind je in Teams Bestanden
Daarna afmaken van blok 1: 16-17-18-21-22

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Blok 2 thema 3 Romeinen

Slide 25 - Diapositive

Tijd van Grieken en Romeinen
3000 v.chr- 500 n.chr

Slide 26 - Diapositive

Lesdoelen
- Je kan aan het einde van de les het ontstaan van het Romeinse Rijk uitleggen

- Je kan uitleggen welke 3 bestuursvormen het Romeinse Rijk heeft gehad.

- Je kan aan het einde van les uitleggen wat Romanisering is en je kan daarbij voorbeelden noemen
- Je kan aan het einde van les het ontstaan van het christendom uitleggen

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Het Romeinse Rijk
753 v.Chr. - 476 n.Chr.

Slide 29 - Diapositive

Het Romeinse Rijk
Het Romeinse Rijk begon als een kleine stadstaat Rome.

Oorzaken Groei:
- Grootgrondbezitters willen meer grond.
- Overnemen van gebied van vijanden.
De aanval is de beste verdediging


Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Bestuur:
Monarchie (koninkrijk): 
- Bestuurd door de koning
- De macht is in handen van een persoon
- Leiderschap is erfelijk

ca. 750-509 v.Chr.

Slide 32 - Diapositive

Bestuur:
Republiek:
- Macht is in handen van 2 Consuls (leiders)
- De 2 consuls worden bij gestaan door het Senaat (raadgevende rijke burgers)
- Leiderschap is niet erfelijk
500-27 v chr.

Slide 33 - Diapositive

Bestuur:
Keizerrijk:
- Bestuurd door een keizer
-1 persoon heeft de macht
- Leiderschap is erfelijk
27 v chr.-500 na chr.
Ceasar Augustus was de eerste keizer.

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Vidéo

Maken van blok 2
Opdr. 2-3-4-5-8
Je werkt een kwartiertje alleen in stilte aan de opdracht (dus geen telefoon en niet overleggen).

Slide 36 - Diapositive

Overname Griekse cultuur
De Romeinen bewonderende de Griekse cultuur.

Zij namen het volgende over:
-Gebouwen(architectuur)
- Wetenschap(filosofen, wiskunde)
- Kunst (beelden)
- Godsdienst (goden met andere namen)

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Vidéo

Slide 39 - Vidéo

Romanisering
Betekent letterlijk het overnemen van de Romeinse cultuur.
- Taal: Latijn
- Godsdienst: zelfde goden vereren
- Kleding: Toga

Slide 40 - Diapositive

Verspreiding Romeinse cultuur
De overwonnen volkeren mochten hun eigen cultuur behouden. Maar moesten wel de Romeinse Keizer vereren en zich aan de Romeinse wetten houden.
Voordeel van het overnemen van de Romeinse Cultuur:
- Je krijgt het Romeins burgerrecht
Na 25 jaar diensttijd in het leger kreeg je een stuk grond en Romeins burger recht

Slide 41 - Diapositive

Maken van blok 2
Opdr. (2-3-4-5) 8-9-12-13-14-15
Afsluitende quiz:

https://quiz.ntr.nl/quiz/147/start

Slide 42 - Diapositive

Een nieuw geloof
In Palastina (nu Israel) woonden de Joden.
Zij geloven in een God (monotheïsme)

Romeinen geloven in meerdere goden
(polytheïsme)

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Een nieuw geloof
Jezus trok rond en vertelde dat je na de dood in de hemel kon komen als je een goed leven had geleid.
Bijvoorbeeld: Gij zult niet doden of stelen

Omdat de christenen in een god geloofden waren de Romeinen bang dat hun Goden boos zouden worden. Daarom vervolgden/vermoorden zij hun.

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Christendom
Ondanks de vervolgingen bekeerden steeds meer mensen zich.

In 313 n.chr. besloot Keizer Constantijn om zich te bekeren en stopte de vervolgingen.

De christelijke kerk kon daardoor snel groeien.

Slide 48 - Diapositive

Maken van blok 2
Opdr. 20-21-23-24abc

Slide 49 - Diapositive