6.4- BB Extra 6.6


 de evolutietheorie
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon


 de evolutietheorie

Slide 1 - Diapositive

Basisstof 4 de evolutietheorie

Slide 2 - Diapositive

Vandaag

  • Absentie en HW controle
  • Uitleg BS 4
  • Aan de slag
  • Evaluatie wat hebt je geleerd

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Geloof 
De schepping (of ‘creationisme’) is al sinds het begin van de mens gekend, inmiddels sinds ongeveer zo’n 6000 jaar. Allerlei religies zijn overtuigd dat de mens geschapen is door een Schepper, een God. 

Biologen zijn ervan overtuigd dat de organismen op aarde in de loop van zeer lange tijd zijn ontstaan en veranderd. De ontwikkeling van het leven op aarde noem je evolutie. 

Slide 5 - Diapositive

theorie vs. feit
een feit is iets wat 100 procent bewezen is en daarom alle andere theorieën vernietigt.

een theorie is iets wat waarschijnlijk de waarheid is maar nog niet met 100 procent feitelijk bewezen is. Het kan dus nog niet alle andere theorieën vernietigen.

Slide 6 - Diapositive

Evolutie
De levensvormen op aarde zijn in de loop van de tijd ontstaan en veranderd. 
De ontwikkeling van het leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen, noem je evolutie.

De uitgangspunten van de evolutietheorie zijn:
• een periode van miljoenen jaren
• variatie in genotypen
• natuurlijke selectie
• het ontstaan van nieuwe soorten

Slide 7 - Diapositive

wat is evolutie?
de ontwikkeling van het leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.

de grondlegger van de evolutie
theorie is Charles Darwin

Slide 8 - Diapositive

Charles Darwin
Charles Darwin is het meest bekend als de ontwikkelaar van de evolutietheorie. Hij ging van 1831-1836 met de boot de "Beagle" mee rond de wereld en ontdekte daar veel verschillende aanwijzingen voor de evolutietheorie. Daar schreef hij ook een boek over. Op de afbeelding zie je een jonge Darwin, in jullie boek is hij wat ouder.

Op de volgende slide zie je hoe zijn schip rond de wereld gevaren heeft!

Slide 9 - Diapositive

Meer dan drie jaar voer het schip op zee, en de bemanning was anderhalf jaar aan land. Van 1831-1836.

Slide 10 - Diapositive

0

Slide 11 - Vidéo

variatie in genotype
Er is variatie in genotypen door geslachtelijke voortplanting, dit zie je terug in de verschillende soorten vinken die zijn ontstaan, maar ook de verschillende uiterlijkheden in de mensensoort.

 De vinken die goed voedsel konden vinden, overleefden beter en hebben weer jongen kunnen krijgen, die ook weer beter konden overleven: natuurlijke selectie. 

Slide 12 - Diapositive

darwin vinken
tijdens de reis van Darwin op de the beagle kwam hij op de Galapagoseilanden.

Op deze eilanden vond hij vinken die allemaal wel op elkaar leken maar toch net iets anders waren. 

Elk eiland had een andere voedselbron voor de vinken. De vinken hadden zich aangepast met hun snavel op de voedselbron

Slide 13 - Diapositive

natuurlijke selectie
Sommige organismen krijgen veel nakomelingen. Een vrouwtjeskikker kan in één voorjaar wel drieduizend eieren in een vijver leggen. Maar de vijver bevat niet genoeg voedsel voor zo veel kikkers. De kikkers kunnen dus niet allemaal in leven blijven.

Niet alle kikkers hebben een even grote overlevingskans. Kikkers met een zwakke gezondheid of met een opvallende kleur worden opgegeten door roofdieren. Deze kikkers leven kort en hebben weinig kans om nakomelingen te krijgen. Kikkers die gezond en sterk zijn en een goede schutkleur hebben, hebben de grootste kans om in leven te blijven en nakomelingen te krijgen. 

Darwin noemde dit verschijnsel natuurlijke selectie 

Slide 14 - Diapositive

Natuurlijke selectie
In een gebied leven muizen met verschillende vachtkleuren.

Slide 15 - Diapositive

In datzelfde gebied leven ook roofvogels. Muizen met een grijze vachtkleur zijn beter gecamoufleerd dan muizen met een bruine vacht, zij zijn beter aangepast aan het milieu. Omdat de bruine muizen meer opvallen, zullen deze meer gegeten worden door de roofvogels.

Slide 16 - Diapositive

Er overleven minder bruine muizen, die dus minder voortplanten. De grijze muizen overleven en krijgen kinderen.
zij hebben de grootste overlevingskans

Slide 17 - Diapositive

natuurlijke selectie?!
bij natuurlijke selectie blijft alleen de sterke leven.

Het betreft hier om overlevingskans.

het organisme met de meeste overlevingskans zal zich meer voortplanten. soorten die zich niet aangepast hebben aan de omgeving komen te overlijden.  

Slide 18 - Diapositive

nieuwe soorten
ook beide vormen kunnen soms samen overleven denk aan honden. 

organismen behoren tot een soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.

soorten die onderling verschillende vormen hebben noem je rassen

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Ontstaan van nieuwe soorten

Als milieuomstandigheden veranderen, moet een soort zich aanpassen

eis: De groepen moeten geisoleerd raken

Slide 21 - Diapositive

Isolatie
Ook kunnen soorten gescheiden raken door ijvoorbeeld door het ontstaan van bergen, ijs, een woestijn of een zee. Dit heet isolatie. De twee vormen gaan dan steeds meer van elkaar verschillen. Na lange tijd ontstaan twee verschillende soorten. Zie de ijsbeer, Freek Vonk vertelde er al over.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Evolutie of schepping? Wat geloof jij?
A
Evolutie
B
Schepping
C
Combinatie?

Slide 26 - Quiz

De grondlegger van de evolutietheorie
A
Lamarck
B
De Vink
C
Darwin
D
Beagle

Slide 27 - Quiz

Natuurlijke selectie is noodzakelijk voor evolutie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

Hoe noemen we het als twee populaties van elkaar gescheiden raken door een natuurlijke oorzaak?
A
Isolatie
B
Evolutie
C
Natuurlijke selectie

Slide 29 - Quiz

Waarvan spreken we als het gaat om het sterkste dier overleeft?
A
Isolatie
B
Natuurlijke selectie
C
Kunstmatige selectie

Slide 30 - Quiz

Het proces waarbij organismen zich aanpassen aan hun omgeving noem je...?
A
Ecologie
B
Charles Darwin
C
Survival of the fittest
D
Evolutie

Slide 31 - Quiz

Zijn het ontstaan en uitsterven van organismen onderdelen van de evolutie?
A
ja
B
nee

Slide 32 - Quiz

De ontwikkeling van vissen tot amfibieën is een voorbeeld van evolutie.
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quiz

De ontwikkeling van larve
tot lieveheersbeestje is een
voorbeeld van evolutie.
A
Ja
B
Nee

Slide 34 - Quiz


Welke van de onderstaande ontwikkelingen is een voorbeeld van evolutie?

A
De ontwikkeling van een embryo tot een baby
B
De ontwikkeling van een kuiken tot een kip
C
De ontwikkeling van zeeplanten tot landplanten

Slide 35 - Quiz


De snoek vangt vis A. Vis B was sneller dan vis A. Daardoor kon vis B ontsnappen.

Waarvan is dit een voorbeeld?

A
van evolutie
B
van geslachtelijke voortplanting
C
van natuurlijke selectie

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Vidéo

Aan de slag !
KGT= 6.4 opdr 1 tm 8 (4 overslaan)
BB= 6.5 lezen + 6.6 (extra maken op je laptop )  

Slide 38 - Diapositive