6.2 Warmte en temperatuur

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

6.2 Warmte en temperatuur

Warmte door verbranding

Voor verbranding heb je nodig:

- Een brandstof

- Genoeg zuurstof

- Een ontbrandingstemperatuur

Fossiele brandstoffen

- Aardgas

- Aardolie

- Steenkool

Aardgas

Aardgas is nog steeds één van de meest gebruikte manieren om huizen te verwarmen. De brandbare stof in aardgas is methaan.

Aardgas bestaat verder ook nog uit stikstof. Methaan is geurloos, om lekken te ontdekken wordt er een geurstof aan toegevoegd.

Verbranding van koolwaterstoffen

Indicator voor CO2

Helder kalkwater is de indicator die wordt gebruikt om CO2 aan te tonen. Een indicator wordt ook wel een aanwijsstof genoemd.

Vermogen berekenen

P = Vermogen in W

U = Spanning in V

I = Stroomsterkte in A

Berekenen van elektrische energie (E)

Q is warmte in joule (J)

E is elektrische energie in joule (J)

P is vermogen in watt (W)

t is tijd in seconden (s)

Q = E = P x t

milli      0,001

kilo        1 000

mega   1 000 000

Laat de leerlingen oefenen met het berekenen van de hoeveelheid warmte die een warmtebron in een bepaalde tijd levert. Geef enkele voorbeelden en laat de leerlingen de formule Q = P x t gebruiken.

Opdracht Opdracht 

Een magnetron staat op de stand van 900 W. Hij staat 30 seconden aan. Bereken hoeveel warmte de magnetron heeft geleverd. Geef je antwoord in kJ.

Q = E = P x t

Q is warmte in joule (J)

E is elektrische energie in joule (J)

P is vermogen in watt (W)

t is tijd in seconden (s)

milli      0,001

kilo        1 000

mega   1 000 000

Graden celsius naar Kelvin

0 graden Celsius is 273 Kelvin

0 Kelvin is -273 graden Celsius

Opdracht

°C	K
0
52
	41
-5
	501
	541

°C	K
	42
87
44
512
	189
	273

°C	K
-45
-53
	78
	178
-270
10

Aan de slag!

Maak 6.1 + 6.2 af

PW H3 Krachten + 

6.1 & 6.2 op woensdag 31 mei