CT: Meervoud, verkleinwoord en bezitsvorm

Spelling van het meervoud
Geef de meervoudsvormen van de volgende woorden in.
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Spelling van het meervoud
Geef de meervoudsvormen van de volgende woorden in.

Slide 1 - Diapositive

diskjockey

Slide 2 - Question ouverte

invité

Slide 3 - Question ouverte

financies of ...

Slide 4 - Question ouverte

tralies of ...

Slide 5 - Question ouverte

eskimo

Slide 6 - Question ouverte

pandemie

Slide 7 - Question ouverte

pony

Slide 8 - Question ouverte

spray

Slide 9 - Question ouverte

frame

Slide 10 - Question ouverte

epidemie

Slide 11 - Question ouverte

ambulance

Slide 12 - Question ouverte

begonia

Slide 13 - Question ouverte

mummie

Slide 14 - Question ouverte

taboe

Slide 15 - Question ouverte

biografie

Slide 16 - Question ouverte

Spelling van het verkleinwoord
Geef het verkleinwoord van de volgende woorden in.

Slide 17 - Diapositive

accu

Slide 18 - Question ouverte

tekening

Slide 19 - Question ouverte

camping

Slide 20 - Question ouverte

tv

Slide 21 - Question ouverte

saté

Slide 22 - Question ouverte

tipi

Slide 23 - Question ouverte

kimono

Slide 24 - Question ouverte

ketting

Slide 25 - Question ouverte

vergissing

Slide 26 - Question ouverte

machine

Slide 27 - Question ouverte

spray

Slide 28 - Question ouverte

stoma

Slide 29 - Question ouverte

Spelling van de bezitsvorm
Geef telkens de correcte bezitsvorm in.

Slide 30 - Diapositive

De tas van Jolien
A
Jolines tas
B
Joliens tas
C
Joliens' tas
D
Jolien's tas

Slide 31 - Quiz

de offerte van Manu
A
Manuus offerte
B
Manus offerte
C
Manu's offerte

Slide 32 - Quiz

het meesterwerk van Disney
A
Disneys meesterwerk
B
Disneys' meesterwerk
C
Disney's meesterwerk

Slide 33 - Quiz

het voorstel van Mike
A
Mike's voorstel
B
Mikes voorstel
C
Mikes' voorstel

Slide 34 - Quiz

de keuze van Sofie
A
Sofies keuze
B
Sofi's keuze
C
Sofie's keuze

Slide 35 - Quiz

de liefde van Romeo
A
Romeos liefde
B
Romeo's liefde
C
Romeos' liefde

Slide 36 - Quiz

de broer van Felix
A
Felixs broer
B
Felix's broer
C
Felix' broer

Slide 37 - Quiz

het lied van Wannes
A
Wannes' lied
B
Wannes lied
C
Wannes's lied

Slide 38 - Quiz