H2 Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

H2 Lezen

kader 3 - H2 Lezen

Er zijn te weinig jongeren in Nederland die op een gewone fiets naar school gaan.

Feit

Mening

Zoute dropjes zijn lekkerder dan zoete dropjes.

Feit

Mening

De grote hond heeft het leuke speeltje in zijn bek.

Feit

Mening

Het is leuk om naar een keet te gaan.

Feit

Mening

Programma

- Klassikaal: Lezen H2.3 Lezen tekst 1

- Alleen: Lees de leertekst 'Feiten en meningen'

- Alleen: Maak 2.3 Lezen opdracht 3 en 4

Programma

- Klassikaal: Lezen H2.3 Lezen Opdracht 5

- Alleen: Lees de leertekst 'Hoofd- en bijzaken'

- Alleen: H2.3 Lezen opdracht 6, 9 en 10

1.6 Spreken, kijken en luisteren

- Wat voor soort gesprek is dit?

- Wat voor vragen stelt de

man?

- Wat vind je een goede 

vraag?

Wat voor soort gesprek is dit?
Wat voor vragen stelt de interviewer?

Waar gaat dit eigenlijk over? Wat is er gebeurd?

Soorten vragen

• Gesloten vraag: het antwoord op een gesloten vraag is ja of nee, of het is een heel kort antwoord.

• Open vraag: als antwoord moet de ander iets vertellen of uitleggen. Hij kan niet met ja of nee antwoorden of een ander heel kort antwoord geven.

• Doorvragen: de interviewer gaat dieper in op het onderwerp. Interviewers kunnendoorvragen als ze niet meteen.

1.6 Spreken, kijken en luisteren

- Klassikaal: Lezen leerteksten van 1.6 over een interview

- Maken: Opdracht 2 en 7

Wat voor soort gesprek is dit?
Wat voor vragen stelt de interviewer?

Waar gaat dit eigenlijk over? Wat is er gebeurd?

Wat vinden mensen uit andere landen over Nederlanders?

Keuzeopdracht 1

werk in twee- of drietallen

- Schrijf een (grappig) interview met een voetballer of ander bekend persoon

- Minimaal 2 gesloten vragen

- Minimaal 2 open vragen

- Minimaal 1 x doorvragen

Keuzeopdracht 2

werk in twee- of drietallen

- Maak een (grappig) filmpje met een voetballer of ander bekend persoon

- Minimaal 2 gesloten vragen

- Minimaal 2 open vragen

- Minimaal 1 x doorvragen