Voortplanting klas 2HH

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Thema 4 Voortplanting

Planning:

• Deze les: De Man
• Volgende week woensdag: De Vrouw
• Donderdag: SO onderdelen en functies   geslachtsorganen man en vrouw

Geslachtskenmerken

Wat zijn dat?

Geslachts-kenmerken

Kenmerken waaraan je het geslacht kunt herkennen.

- primaire geslachtskenmerken

- secundaire geslachtskenmerken

Primaire geslachtskenmerken

Bij een jongetje

- penis en balzak

Bij een meisje

- vulva (schaamlippen en opening van de vagina)

Intersekse (m/v)

Bij de geboorte

Secundaire geslachtskenmerken

Bij een jongen

- schaamhaar

-baardgroei

-borsthaar

Bij een meisje

- schaamhaar

- borsten

- bredere

   heupen

In de puberteit

Puberteit

lichamelijke veranderingen

- groeispurt

- haargroei

geestelijke veranderingen

- gedrag

- gevoel

Alles op eigen tempo

De penis is een secundair geslachtskenmerk.

1. Juist
2. Onjuist

De vagina is een primair geslachtskenmerk.

1. Juist
2. Onjuist

Borsten zijn een primair geslachtskenmerk.

1. Juist
2. Onjuist

Basisstof 2 Een man

Leerdoel

• Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen met hun functies en kenmerken.
  
• Je kunt de kenmerken van zaadcellen en eicellen noemen.
  

Het voortplantingsstelsel van een man is voor een groot deel aan de buitenkant te zien. Alleen de prostaat en de zaadblaasjes liggen onder in de buik.

Het voortplantingsstelsel van een man

• Teelbal: productie zaadcellen
• Bijbal: opslag zaadcellen
• Balzak: temperatuur lager
• Zaadcel: kop en zweepstaart
  
• Zaadblaasjes+prostaat: vocht toevoegen
• Sperma = zaadcellen+ vocht uit zaadblaasjes en de prostaat + voedingsstoffen uit de zaadblaasjes
  

Zaadcellen en eicellen

Zaadcel:

• bewegen met zweepstaart
• geen voedingsstoffen

Eicel:

• kan niet zelf bewegen
• heeft voedingsstoffen 

Aan de slag.....

• Lezen: bas 2 De man vanaf blz 157
• Maken opdracht 5, 7 en 8

Basisstof 3 Een vrouw

Leerdoel

• Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen met hun functies en kenmerken.
• Je kunt de menstruatiecyclus beschrijven.
  

Van het voortplantingsstelsel van een vrouw is aan de buitenkant weinig te zien. Bij een vrouw liggen de meeste voortplantingsorganen in de buik.

Het voortplantingsstelsel van een vrouw

• Eierstok bevat onrijpe eicellen
• Eicellen = vrouwelijke geslachtcel
• Ovulatie = eisprong
• Eileider: transport eicel naar baarmoeder
• Maagdenvlies

Eicel

• Grootste menselijke cel 
• Bevat veel reservevoedsel
• 1x per maand rijpt er 1 eicel, komt vrij uit eierstok: ovulatie
• Eileider vervoert eicel naar baarmoeder
• Leeft na ovulatie (eisprong) 12 a 24 uur

Uitwendige voortplantingsorganen  (vulval) van een vrouw

• vulva
• clitoris: gevoelig  voor prikkels
• clitoriseikel: erg gevoelig
• clitorishoed: huidplooi
• zwelllichamen 
• schaamlippen
• vagina

Menstruatie: slijm en bloed worden tijdens de menstruatie afgevoerd.

Menstruatiecyclus

Hormonen

• Hormonen: regelen werking organen
• Hormoonklieren geven hormonen af aan het bloed
• Hypofyse: in puberteit produceert hij stimulerende hormonen--> ontwikkeling eicellen en eierstokken
• Overgang: geen rijpe eicellen meer

Aan de slag...

• Lezen bas 2 De vrouw vanaf blz 161
• Maak opdracht 9, 10, 11

Succes!