Opvoeden les 2

• pedagogiek
• HBO
• Studiejaar 1

Van opvoeding naar opvoeden...

Terugblik: opdracht 1

Wie (opvoeder)heeft jouw wat geleerd over de wereld?	moeder	opa	voetbal coach	juf	buurt coach
Wat heeft diegene jouw geleerd?
Hoe heeft diegene jou dat geleerd?

Ecologisch systeem

Bronfenbrenner

Doel van de les

• Je kunt uitleggen wat opvoedwaarden zijn.
• Je kunt verschillende opvoedstijlen herkennen.
• Je weet wat opvoedmiddelen zijn en kunt voorbeelden benoemen.

Opvoedingswaarden

            Wat is het verschil tussen normen en waarden?

Normen: Hoe je je “dient” te gedragen in bepaalde omstandigheden. Dit zijn een soort ongeschreven regels van goed fatsoen waar het gros van de mensen zich min of meer ...

Normen geven uiting aan een waarde en vertalen een waarde in regels voor de samenleving. De waarde 'ouderen verdienen respect' vertaalt zich in ...

Waarden: Je kunt waarden zien als een soort idealen of overtuigingen die (bijvoorbeeld) in een samenleving belangrijk zijn.

Wat is een voorbeeld van een opvoedingswaarde?

1. Dank je wel zeggen als je iets krijgt.
2. Hand opsteken bij een vraag.
3. Je mobiel stil zetten tijdens de les
4. Hard werken

Een opvoedingswaarde is...

1. sporten
2. eerlijkheid
3. Met mes en vork eten.
4. lezen

Opvoedstijlen

Wie voedt wie op?

Samenwerkingsopdracht

Doel is om aan elkaar uit te leggen met vb wat de verschillende soorten opvoedstijlen zijn.

• Je krijgt per groepje 1 opvoedstijl.
• Jullie zijn de expert.
• Samen bedenken jullie een sketch.
• Verwerk het perspectief van het kind en de ouder van jullie opvoedstijl. 

Print de uitleg van de 4 opvoedstijlen uit met voor-en nadelen.

Verdeel de groep over 4 groepjes.

Geef elk groepje een opvoedstijl.

In hun eigen groepje werken ze de opvoedstijl uit met voorbeelden vanuit het kind en ouderperspectief, zowel de voor-en nadelen.

Ze laten de opvoedstijl zien en de andere uit de klas raden welke dat is en of het klopt.

Autoritatieve opvoedstijl

•Opvoeders en kind zijn gelijkwaardig (niet: gelijk)

•Opvoeder laatste woord (gezag)

•Inspraak, onderhandelen, compromis zoeken

•Gedeelde en gedelegeerde verantwoordelijkheid

Opvoedstijlen in de klas

• Welke opvoedstijl ben jij gewend?

•  Hoe neem je dat wel/niet mee als professional?

• Welke opvoedstijlen zie jij op school en in de klas?

Opvoedmiddelen

Korte termijn middelen

• gericht op gedrag

Welk gedrag wil je reguleren?

Hoe doe je dat?

-belonen

-straffen

-negeren

-..omdenken

Lange termijn middelen

• gericht op gedrag 'eigen maken'

Welke vorming of ontwikkeling wil je bevorderen?

Hoe doe je dat?

-relatie onderhouden

-persoonsvorming

-zelfstandigheid bevorderen

-'inbedden' in normen/waarden

Opvoedingsmiddelen in de klas

• Welke opvoedingsmiddelen herken je bij jezelf?

• Wie in je familie hanteert dezelfde opvoedingsmiddelen?

• Welke opvoedingsmiddelen herken je in de klas?

opdracht 2, college 3

Interview een opvoeder in jouw familie of gemeenschap

Vraag hem of haar naar opvoedwaarden, -stijlen en -middelen. Voorbeeldvragen:•Wat is echt een ‘tegeltjeswijsheid’ van jouw familie?

•Hoe worden beslissingen genomen in jullie familie?

•Hoe wordt betrokkenheid en steun geuit?

•Welke belangrijke regels of afspraken zijn er?

•Enhoe wordendie regels enafsprakenaankinderengeleerd?

•...Denk na over wat jij zou willen vasthouden en wat je zou willen loslaten? En in je beroep als leerkracht?

Opdracht 2: Interview een opvoeder in jouw familie of gemeenschap

Vraag hem of haar naar opvoedwaarden, -stijlen en -middelen. Voorbeeldvragen:

•Wat is echt een ‘tegeltjeswijsheid’ van jouw familie?

•Hoe worden beslissingen genomen in jullie familie?

•Hoe wordt betrokkenheid en steun geuit?

•Welke belangrijke regels of afspraken zijn er?

•En hoe worden die regels en afspraken aan kinderen geleerd?

•...Denk na over wat jij zou willen vasthouden en wat je zou willen loslaten? En in je beroep als leerkracht?

Bronnen:

'Meer dan onderwijs'

Hoofdstuk 1,  H2 paragraaf 2.2.3

Volgende keer:

• Lezen van de literatuur; 'Meer dan onderwijs'Hoofdstuk 1, H2 paragraaf 2.2.3
• Bespreken van opdracht 2 (interview)
• Introductie observeren in de klas