Inhaalles GR - Naamwoordelijk gezegde BBL/KBL/TL lj1 / lj2

Zinsdelen / bouwplan
Doel:
  • Je weet wat een ZINSDEEL is;
  • Je kunt de ZINSDELEN benoemen.



1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Zinsdelen / bouwplan
Doel:
  • Je weet wat een ZINSDEEL is;
  • Je kunt de ZINSDELEN benoemen.



Slide 1 - Diapositive

Zinsdelen
Een zin bestaat uit stukjes. Elk stukje geeft een beetje informatie. Je noemt die stukjes: zinsdelen.  
Een zin heeft altijd twee basisdelen: 
- een zinsdeel dat vertelt wat er gebeurt. (= werkwoordelijk gezegde
- een zinsdeel dat vertelt wie dit doet. (= onderwerp)

Slide 2 - Diapositive

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 3 - Question ouverte

Uit welke soorten werkwoorden kan een wwg bestaan?

Slide 4 - Question ouverte

Onderwerp - herhaling
Het onderwerp geeft antwoord op de vraag: 
Wie of wat doet het?  

Om het onderwerp in een zin te vinden, vraag je: 
Wie of wat + wwg?


Slide 5 - Diapositive

voorbeeld 1
Willem leert.

- een zinsdeel dat vertelt wat er gebeurt. (= werkwoordelijk gezegde)  - leert 
- een zinsdeel dat vertelt wie dit doet. (= onderwerp) - Willem

Slide 6 - Diapositive

voorbeeld 2
De hond ligt. 
 
- een zinsdeel dat vertelt wat er gebeurt. (= werkwoordelijk gezegde)  - ligt
- een zinsdeel dat vertelt wie dit doet. (= onderwerp) - De hond

Slide 7 - Diapositive

Volgorde van zinsdelen
- Een zinsdeel kan één woord zijn, of meer woorden; 
- De woorden van het zinsdeel horen bij elkaar. Het is een vaste groep woorden;
- Je kunt de woorden niet losmaken.

Slide 8 - Diapositive

Volgorde van zinsdelen (2)
Bij voorbeelden 1 en 2 staan twee korte zinnen. 
Je kunt ze langer maken door er stukjes aan toe te voegen. Stukjes die meer informatie geven. 

Je kunt je bijvoorbeeld afvragen: Wat leert Willem?

Slide 9 - Diapositive

voorbeeld 3
Willem leert Engelse woordjes. 
 
- een zinsdeel dat vertelt wat er gebeurt. (= werkwoordelijk gezegde)  - leert
- een zinsdeel dat vertelt wie dit doet. (= onderwerp) - Willem
- een zinsdeel met het voorwerp of de persoon die nodig is om de handeling uit te voeren (= lijdend voorwerp) - Engelse woordjes

Slide 10 - Diapositive

Wat heb ik vandaag geleerd?
- ik weet wat ZINSDELEN zijn;
- ik kan ZINSDELEN in een zin benoemen.

Slide 11 - Diapositive

Wat zijn zinsdelen?

Slide 12 - Question ouverte

Welke twee zinsdelen heeft een zin altijd?

Slide 13 - Question ouverte

Help!
Ik heb nog een vraag:

Slide 14 - Carte mentale

Extra uitleg nodig?
Dat kan! Ik kom bij je om vragen te beantwoorden.

Eerst geef ik de opdrachten om zelfstandig te gaan werken voor wie dat kan. Noteer in je schrift welke jij moet maken!

Slide 15 - Diapositive

BBL (leerjaar 1)

  • ...
  • ...

Extra oefenen: 
Bijspijkeren Grammatica Blok ...

Voldoende:
Opstromen Grammatica Blok ...
KBL (leerjaar 1)

  • ...

Extra oefenen: 
Bijspijkeren Grammatica Blok ...

Voldoende: 
Opstromen Grammatica Blok ...

Slide 16 - Diapositive

TL (leerjaar 1)
  • ...
  • ...
 
Extra oefenen:
Bijspijkeren Grammatica Blok ...
 
Voldoende: 
Opstromen Grammatica Blok ...

Slide 17 - Diapositive