voorbereiden SE 41

Omgekeerd evenredig verband

  • Uren vakkenvullen =                     als er in totaal 24 uren zijn

  • Bedrag per leerling =                    als de bus €600 in totaal kost

  • Delen door een variabele 

  • Grafiek is een hyperbool, in een tabel is boven x onder voor alle vakjes gelijk

aantal24
aantal600
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
wiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Omgekeerd evenredig verband

  • Uren vakkenvullen =                     als er in totaal 24 uren zijn

  • Bedrag per leerling =                    als de bus €600 in totaal kost

  • Delen door een variabele 

  • Grafiek is een hyperbool, in een tabel is boven x onder voor alle vakjes gelijk

aantal24
aantal600

Slide 1 - Diapositive

Omgekeerd evenredig verband

Van een rechthoek met een oppervlakte van 12

is de lengte x cm en de breedte y cm.

lengte x breedte= oppervlakte


 

Algemeen voor omgekeerd evenredige verbanden


cm2
xy=12
y=x12
xy=a
y=xa

Slide 2 - Diapositive

Grafiek omgekeerd evenredig
Kenmerken:
- Raakt de x-as en de y-as NIET
- hyperbool

Slide 3 - Diapositive

is dit een omgekeerd evenredig verband?
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Welk verband hoort hierbij?
A
Evenredig
B
Exponentieel
C
Wortel
D
Omgekeerd evenredig

Slide 5 - Quiz

Bij welk verband hoort deze tabel?
A
lineair dalend
B
evenredig
C
lineair stijgend
D
omgekeerd evenredig

Slide 6 - Quiz


Welke formule heeft een kwadratisch verband?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Lineair
Kwadratisch
parabool
lineair

Slide 8 - Diapositive

Parabool
  •  
  • kwadraat voor één van de twee variabelen
  • parabool is symmetrisch (verticale lijn door de top)
  • - voor het kwadraat -> berg parabool (anders dal parabool)
  • voor het tekenen van de grafiek, eerst een tabel met 7 punten maken, met de top in het midden.
y=ax2+bx+c

Slide 9 - Diapositive

In welke tabellen is er sprake
van regelmaat?
A
pluggen
B
elektrabuis
C
voorraad spijkers

Slide 10 - Quiz

Vergelijkingen oplossen
met grafieken (alleen als ze er al zijn)

balansmethode (als het lineaire vergelijkingen zijn)

inklemmen (als de andere methodes niet kunnen)

Slide 11 - Diapositive

Los op met de balansmethode:
3k + 2 = k + 10

Slide 12 - Question ouverte

Los op met de balansmethode
3x - 12 = 14 + x

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Hieronder zie je tabellen die horen bij een lineaire formule. Welke tabellen horen ook bij een recht evenredig verband?

hoort wel bij een recht evenredig verband
hoort niet bij een recht evenredig verband

Slide 16 - Question de remorquage

Inklemmen
  • doorgaan tot je het juiste getal gevonden hebt

  • invoer en uitkomst opschrijven

  • let op het aantal decimalen


  • áltijd één getal erboven en één eronder uitrekenen


Slide 17 - Diapositive

Los de vergelijking op met inklemmen

480=50ll2

Slide 18 - Question ouverte

Met inklemmen

Slide 19 - Diapositive

Gelijkwaardige formules

Slide 20 - Diapositive

gelijkwaardige formules
  1. gelijkwaardige formules:
  2. neem variabele en bereken uitkomst
  3. neem uitkomst en kijk of je dezelfde variabele krijgt
  4. controleer nog een getallenpaar!
  5. klopt -> gelijkwaardige formules

Slide 21 - Diapositive

Van % naar groeifactor

  • Rente is 3,5%
  • Na 1 jaar heb je 103,5%
  • Groeifactor is 103,5 : 100 = 1,035

  • Aantal panda's neemt 8,5% per jaar af
  • Na 1 jaar zijn er 91,5% 
  • Groeifactor is 91,5 : 100 = 0,915

Slide 22 - Diapositive

Geef van de onderstaande tabel de bijbehorende gemiddelde Groeifactor (rond af op 2 decimalen)

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive

Verdubbelingstijd en halveringstijd

  • Verdubbelingstijd: de tijd die nodig is om het begingetal te verdubbelen
  • Halveringstijd: de tijd die nodig is om het begingetal te halveren

Bereken je meestal met inklemmen, let dan op het aantal decimalen waarop je  moet afronden. 

Slide 25 - Diapositive

Van het exponentieel verband

moet je de halveringstijd berekenen, wat is dan je eerste stap die je moet noteren?
aantal=25001,065t
A
2500*2= 5000
B
een getal voor t invullen
C
2 getallen voor t invullen
D
2500:2=1250

Slide 26 - Quiz