1.5 Laag Nederland

Laag Nederland
Laag Nederland
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Laag Nederland
Laag Nederland

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 

-Wat betekent Laag Nederland  
- hoe mensen zich in laag Nederland tegen het water beschermen

Slide 2 - Diapositive

Hoog Nederland
Laag 
Nederland

Slide 3 - Question de remorquage

1.
2.
3.
Rivier legt materiaal neer; dik pakket zand en klei
Gletsjer vanuit Scandinavie komen richting Nederland
Gletsjer werkt als een bulldozer en schuift materiaal voor zich uit, stuwwallen vormen

Slide 4 - Question de remorquage

Herhaling!

Slide 5 - Diapositive

Wie weet nog wat betekent NAP?
A
Nederlandse avond peil
B
Nationale algemene peil
C
Nieuw Amsterdams peil
D
Normaal Amsterdams peil

Slide 6 - Quiz

Hoe heet deel van Nederland die hoger dan 1 m ligt?

Slide 7 - Question ouverte

Nederland 
Laag Nederland 

lager dan 1 m  N.A.P 


Slide 8 - Diapositive

Laag Nederland 
Door zee ontstonden stranden en duinen (1) 
De zee was soms sterker en sloeg een 'gat' in de duinen (2) 
Hierdoor stroomde het zee water naar binnen (3) 
Er ontstond een soort waddenzee (4) 
(waar het zeewater bij vloed in stroomde en bij eb weer uit stroomde)


Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Soms veranderde de waddenzee in een moeras
Dat waren veengebieden.

Waren de veengebieden fijn om erin te leven?

Vroeger leefde mensen altijd in de strijd met water, hun huizen werden regelmatig overstroomd.

Slide 11 - Diapositive

Veengebied

Slide 12 - Diapositive

Om droge voeten te houden gingen de mensen zich beschermen door terpen en dijken te bouwen.

Slide 13 - Diapositive

Terp

Slide 14 - Diapositive

Dijk

Slide 15 - Diapositive

Op welke manier kunnen de mensen in een gebied zich beschermen tegen hoogwater?

Slide 16 - Question ouverte

Wat zie je op de foto?
A
Heuvel
B
Terp
C
Dijk
D
Duin

Slide 17 - Quiz

Polder

Een polder is een gebied dat lager ligt dan de zeespiegel. Daarom moet het waterpeil in een polder geregeld worden. 
Vroeger werd het waterpeil geregeld met windmolens. 

Tegenwoordig gebruikt men overal elektrische pompen, gemalen genoemd. 

De gemalen pompen het overtollige water in een rivier of kanaal.


Slide 18 - Diapositive

Er zijn polders die vroeger een meer waren. Voorbeeld is de Beemster. Ze werden drooggemaakt om meer landbouwgrond te krijgen. 

In de 20e eeuw zijn delen van het IJsselmeer drooggemaakt, zo is Flevoland ontstaan. Polders die vroeger een meer waren, noemen we droogmakerijen.

Slide 19 - Diapositive

Wat zie je op de foto?
A
Heuvel
B
Terp
C
Dijk
D
Duin

Slide 20 - Quiz

Waarvan is Beemster bekend?

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Vidéo

Hoog Nederland
Laag Nederland

Slide 23 - Question de remorquage

Terp
Polder
Dijk

Slide 24 - Question de remorquage

Duinen
Terp
Zwerfkeien
Stuwwallen

Slide 25 - Question de remorquage

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Lien

Hoe heten elektrische pompen waarmee tegenwoordig het waterniveau in de polders wordt geregeld?
A
Gedalen
B
Gemaken
C
Gebalen
D
Gemalen

Slide 29 - Quiz

Hoog-Nederland
Laag-Nederland Terp
Laag-Nederland Dijk
Laag-Nederland Polder

Slide 30 - Question de remorquage

Een stuk land dat door een dijk omringd is en waar de waterstand door mensen wordt geregeld heet...
A
gemaal
B
terp
C
polder
D
waddenzee

Slide 31 - Quiz

gemaal
polder
NAP
dijken

Slide 32 - Question de remorquage

Schrijf drie dingen op die je deze les geleerd hebt.

Slide 33 - Question ouverte

HW
werkboek blz. 52/53

opdr. 1,3,4 en 6

Slide 34 - Diapositive