Vraaggerichte instructie §3.1 §3.2 en §3.3

vraag instructie

§3.1 Organismen in hun omgeving

§3.2 Planten

§3.3 Energierijke stoffen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

vraag instructie

§3.1 Organismen in hun omgeving

§3.2 Planten

§3.3 Energierijke stoffen

Slide 1 - Diapositive

gestelde vragen:
  1. Wat is het verschil tussen biotische en abiotische factoren?
  2. Wat is fotosynthese?
  3. Wat is het verschil tussen houtvaten en bastvaten en is er een ezelsbruggetje om dit te onthouden?
  4. Hoe groeit een plant? / Hoe maakt een plant zichzelf groter?
  5. Planten nemen CO2 op via de huidmondjes. Hoe wordt de CO2 verdeeld in de plant en hoe stoten ze het weer uit als zuurstof?
    (oftewel: Hoe werkt de gaswisseling in een plant?)

Slide 2 - Diapositive

Wat is het verschil tussen biotisch en abiotisch?
Organismen zijn om te overleven afhankelijk van een aantal factoren in hun omgeving. Bijvoorbeeld de temperatuur, voedselvoorraad, andere organismen, leefomstandigheden zoals bijv. een schuilplaats, ziekteverwekkers of andere gevaren.

Die factoren kun je verdelen in twee soorten: biotische factoren en abiotische factoren.
In het woord biotisch zit het stukje bio. Dat komt van het Latijnse "bios" wat leven betekent. Biologie gaat over alle organismen (= levende wezens). Biotische factoren zijn dan ook factoren afkomstig van andere organismen. Of anders gezegd: factoren uit het levende milieu van het organisme.
Abiotisch betekent niet biotisch (ezelsbruggetje: A=anti). Dit zijn dus factoren uit het niet levende milieu van het organisme.

Slide 3 - Diapositive

Biotische factoren
Je ziet hier een ecosysteem van een rivier.
Neem de grote vis onder de eend even als organisme waar we op focussen.

Deze vis is afhankelijk van verschillende factoren om te kunnen overleven, o.a:
- voldoende voedsel (kleinere vissen, plankton,
   of andere kleine waterdiertjes)
- niet teveel predatoren (grotere dieren die
   hem eten
- geen ziekteverwekkers waaraan hij zal
   overlijden

Slide 4 - Diapositive

Abiotische factoren
Je ziet hier weer het ecosysteem van een rivier. We nemen ook dezelfde vis weer om op te focussen.

Naast de biotische factoren is deze vis om te overleven ook afhankelijk van o.a:
- de temperatuur van het water
- de hoeveelheid zuurstof in het water
- de stroming van het water
Dit zijn de abiotische factoren.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Wat is fotosynthese?
Het proces waarbij een plant glucose maakt uit water met mineralen en koolstofdioxide.
Dit proces vindt met behulp van de energie uit zonlicht plaats in de bladgroenkorrels.
Hierbij komt zuurstof vrij als afvalproduct van de verbranding.

Slide 7 - Diapositive

Net als alle organismen, hebben planten ook voedingsstoffen nodig om te groeien en ontwikkelen.
Planten maken deze voedingsstoffen zelf d.m.v. fotosynthese
- de wortels nemen water met daar in opgeloste mineralen op
   uit de grond.
- via de huidmondjes wordt koolstofdioxide uit de lucht
   opgenomen.
- de bladgroenkorrels kunnen energie maken uit zonlicht.
--> met die energie worden de koolstofdioxide met het water
       en de mineralen verbrand tot glucose.
--> bij die verbranding komt zuurstof vrij als afvalproduct.

reactieschema fotosynthese:
water + koolstofdioxide --> glucose + zuurstof

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Wat is het verschil tussen houtvaten en bastvaten?

En is er een ezelsbruggetje om dit te onthouden?

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Hoe groeit een plant?
Hoe werkt de gaswisseling in een plant?





Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive