praatplaat het huis + spreekoefening

• Alfabetisering NT2
• Basisschool
• Groep 3

Wat zie je op het plaatje?

In tweetallen bespreken wat ze op de plaat zien. 

Wat zie je in het huis?

Het huis is groot.

1. ja
2. nee

Het huis is klein.

1. ja
2. nee

Het huis heeft vier ramen.

1. ja
2. nee

Het huis heeft twee deuren

Het huis heeft een garage.

1. ja
2. nee

Het huis heeft een dak.

1. ja
2. nee

Met wie woon je in het huis?

Ik woon samen met.........

Hoeveel kamers heeft jouw huis?

Mijn huis heeft ........... kamers.

Hebben jullie een televisie?

Wij hebben geen televisie.

Waar staat de televisie?

De televisie staat in de.................

Wat staat er in de badkamer?

In de badkamer staat een.......................

Hoeveel ramen heeft jouw huis?

Mijn huis heeft ................... ramen.

Is je woonkamer groot?

Ja mijn woonkamer is............

Nee mijn woonkamer is niet...............