Mijn klasgenoot vraagt aan mij vaak een potlood. Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 3 - Question ouverte
.......................................PV/WG.............................................................. Mijn klasgenoot| vraagt| aan mij vaak een potlood.
Wat is het onderwerp?
Slide 4 - Question ouverte
...............O......................PV/WG.............................................................. |Mijn klasgenoot| vraagt |aan mij vaak een potlood.
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 5 - Question ouverte
....................O..................PV/WG.............................................LV............ |Mijn klasgenoot| vraagt| aan mij vaak |een potlood.|
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 6 - Question ouverte
Het vak moet jongeren de nodige vaardigheden voor de toekomst bijbrengen.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 7 - Question ouverte
.......................WG............................................................................................................................... Het vak |moet| jongeren de nodige vaardigheden voor de toekomst ............WG......... |bijbrengen.| Wat is het onderwerp?
Slide 8 - Question ouverte
.........O.........WG............................................................................................................................... Het vak |moet| jongeren de nodige vaardigheden voor de toekomst ............WG......... |bijbrengen.| Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 9 - Question ouverte
.........O.........WG.................................................................LV.............................................................. Het vak |moet| jongeren |de nodige vaardigheden voor de toekomst| ............WG......... |bijbrengen.| Wat is het meewerkend voorwerp?