2BL_5.8_Spelling

Hoofdstuk 5.8 Spelling 
les 1
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 5.8 Spelling 
les 1

Slide 1 - Diapositive

Het woord rijd is fout
gespeld.
Leg uit wat er fout is.

Slide 2 - Question ouverte

Wat klopt hier niet?

Slide 3 - Question ouverte

En deze?

Slide 4 - Question ouverte

Waarom is het woord
verlengt verkeerd geschreven?

Slide 5 - Question ouverte

In deze paragraaf leer je
  • het schema werkwoordspelling gebruiken;
  •  verkleinwoorden maken;
  • tien dicteewoorden.

Slide 6 - Diapositive

Wat is de persoonsvorm in deze zin?
Mijn zusje heeft een nieuwe fiets gekregen.

Slide 7 - Question ouverte

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 8 - Question ouverte

Mijn zusje heeft een nieuwe fiets gekregen.
  1. Verander de tijd: Mijn zusje had een nieuwe fiets gekregen.
  2. Maak een vraagzin: Heeft mijn zusje een nieuwe fiets gekregen?
  3. Verander het aantal personen: Mijn zusjes hebben een nieuwe fiets gekregen.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag
Opdracht 3 t/m 8
blz. 126 t/m 129


timer
20:00

Slide 11 - Diapositive

Hoofdstuk 5.8 Spelling 
les 2

Slide 12 - Diapositive

Nakijken
Opdracht 3 t/m 8
blz. 126 t/m 129


Slide 13 - Diapositive

In deze paragraaf leer je
  • het schema werkwoordspelling gebruiken;
  •  verkleinwoorden maken;
  • tien dicteewoorden.

Slide 14 - Diapositive

Verkleinwoorden
De meeste verkleinwoorden maak je door -je, -pje of -tje achter het zelfstandig naamwoord te zetten.

Voorbeelden: bankje, boompje, tafeltje

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Schrijf het verkleinwoord op van
auto

Slide 17 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
vriendin

Slide 18 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
ring

Slide 19 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
pinda

Slide 20 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
spel

Slide 21 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
pony

Slide 22 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
geluid

Slide 23 - Question ouverte

Opdracht 9 t/m 11
blz. 130 t/m 131


timer
20:00

Slide 24 - Diapositive