Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Spelling (Groep 6) - Blok 2 Les 8+9
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Dolfijnen slapen altijd met één oog open.
1 / 40
suivant
Slide 1:
Question ouverte
Spelling
Basisschool
Groep 6
Cette leçon contient
40 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Dolfijnen slapen altijd met één oog open.
Slide 1 - Question ouverte
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Een olifant weegt meestal meer dan drieduizend kilo.
Slide 2 - Question ouverte
Wat is het hele werkwoord van: klapt?
Slide 3 - Question ouverte
Wat is het hele werkwoord van: kom?
Slide 4 - Question ouverte
Maak het woord af met: ou, au, ouw, auw.
n...keurig
A
ou
B
au
C
ouw
D
auw
Slide 5 - Quiz
Maak het woord af met: ou, au, ouw, auw.
tr...ens
A
ou
B
au
C
ouw
D
auw
Slide 6 - Quiz
Maak het woord af met: ou, au, ouw, auw.
oerw...d
A
ou
B
au
C
ouw
D
auw
Slide 7 - Quiz
Welke woorden zijn GOED gespeld?
A
kabauters
B
ouderavond
C
toeschauwers
D
augurken
Slide 8 - Quiz
Welke woorden zijn GOED gespeld?
A
flessen
B
schroefen
C
kazen
D
nefen
Slide 9 - Quiz
Welke woorden zijn FOUT gespeld?
A
briefen
B
druifen
C
frambosen
D
strafen
Slide 10 - Quiz
Noem 2 rijmwoorden van: dassen
Slide 11 - Question ouverte
Noem 2 rijmwoorden van: wuiven
Slide 12 - Question ouverte
Vul de ik-vorm in van het werkwoord.
Waarom ..... je weg? (lopen)
Slide 13 - Question ouverte
Vul de ik-vorm in van het werkwoord.
Waarom ..... je? (huilen)
Slide 14 - Question ouverte
Vul de ik-vorm in van het werkwoord.
Echt, ik ..... wel. (luisteren)
Slide 15 - Question ouverte
Vul de ik-vorm in van het werkwoord.
Ik ..... me niet, dus ziet hij me niet. (bewegen)
Slide 16 - Question ouverte
Staat jij VOOR de persoonsvorm? Dan schrijf je de ik-vorm.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
kap...tein
l...monade
kanar...
verd...ping
law...ne
i
ie
Slide 18 - Question de remorquage
Maak met de letters het juiste woord.
o l o r i
Slide 19 - Question ouverte
Maak met de letters het juiste woord.
c r u l i e f
Slide 20 - Question ouverte
Maak met de letters het juiste woord.
t i s e v i
Slide 21 - Question ouverte
Maak het woord af met ng of nk.
In de herfst wordt het 's avonds alweer vroeg do...er.
A
ng
B
nk
Slide 22 - Quiz
Maak het woord af met ng of nk.
Het anker van het schip zit vast met een dikke ketti... .
A
ng
B
nk
Slide 23 - Quiz
Maak het woord af met ngst of nkst.
Pasen en Pi...eren
A
ngst
B
nkst
Slide 24 - Quiz
Maak het woord af met ngst of nkst.
een mannetjespaard - het he... .
A
ngst
B
nkst
Slide 25 - Quiz
Vul de hij-vorm in van het werkwoord.
In de tuin ..... een vogel. (zingen)
Slide 26 - Question ouverte
Vul de hij-vorm in van het werkwoord.
Je ..... de bedoeling nog niet helemaal. (begrijpen)
Slide 27 - Question ouverte
Vul de hij-vorm in van het werkwoord.
De leeuw ..... . (brullen)
Slide 28 - Question ouverte
In welke zin staat GEEN hij-vorm?
A
Jasmijn woont vlakbij.
B
De kangoeroe springt.
C
Spring jij er vanaf?
D
Wie klimt er in de boom?
Slide 29 - Quiz
Wat is het hele werkwoord van: vaart?
Slide 30 - Question ouverte
Welke woorden zijn FOUT gespeld?
A
jufvrouw
B
kabouter
C
kopie
D
verdiping
Slide 31 - Quiz
Wat kunnen dieren doen?
Slide 32 - Carte mentale
Welke woorden zijn GOED gespeld?
A
pelikanen
B
krokodillen
C
vleermuizen
D
bromvliegen
Slide 33 - Quiz
Welke woorden zijn GOED gespeld?
A
dieploma
B
(hij) bedoeld
C
pistool
D
piramide
Slide 34 - Quiz
Welke woorden zijn FOUT gespeld?
A
visiete
B
oerwaud
C
schilder
D
betaal
Slide 35 - Quiz
fl...we
vertr...wen
juffr...w
n...wkeurig
au
ou
Slide 36 - Question de remorquage
Welk woord is FOUT gespeld?
A
bauwvakkers
B
trouwdag
C
limonade
D
trouwens
Slide 37 - Quiz
Hoe vond jij deze les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 38 - Sondage
Ik ben gemotiveerder voor een (spelling) les wanneer er zoiets als dit aan wordt toegevoegd.
Ja
Nee
Slide 39 - Sondage
Ik zou graag dit soort dingen vaker terug willen zien in een (spelling) les.
Ja
Nee
Slide 40 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
GPL2 t14 week 4
Mars 2021
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Hoofdstuk 5 - woorden met au of auw
Mars 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Spelling les 1 au/ou
Août 2023
- Leçon avec
13 diapositives
spelling au of ou
Mars 2023
- Leçon avec
11 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 4
spelling au of ou
Octobre 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 4
spelling
il y a 5 jours
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 5
spelling
Mars 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 5
doel ei/ij ou/au ouw/auw
Mai 2018
- Leçon avec
10 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8