Leçon 4 - 3H - Chapitre 1 - Les adj

Programme d'aujourd'hui 
  • La grammaire
  • Exercices "Grammaire D" (exercices 15cd,16, 17 et 18 pages 30 à 33)
  • Apprends le vocabulaire A + B
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Programme d'aujourd'hui 
  • La grammaire
  • Exercices "Grammaire D" (exercices 15cd,16, 17 et 18 pages 30 à 33)
  • Apprends le vocabulaire A + B

Slide 1 - Diapositive

Les objectifs de la leçon 
Aan het eind van deze les kun je: 
  • een korte autobiografie schrijven
  • het bijvoeglijk naamwoord gebruiken 

Slide 2 - Diapositive

Parler à deux (p.50 du livre)
élève A 
élève B 
Vraag wie zijn / haar best vriend(in) is.
Geef jouw antwoord
Vraag waarom? 
Hij / zij is grappig / intelligent / sportief / leuk....
Vraag zijn / haar telefoonnummer
Vraag of hij / zij insta heeft. 
Geef ook de naam van jouw account 
Vraag of hij / zij veel foto's post. 
Geef een antwoord
Vraag wat de Wifi code is

Slide 3 - Diapositive

La grammaire

Slide 4 - Diapositive

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 5 - Carte mentale

Écoute
Mon ami s'appelle Sam. Sam est  grand, blond et très sportif. 
C'est aussi quelqu'un de très beau et de très intelligent. 

Slide 6 - Diapositive

+es
+s
+e
+ ∅
petit
petites
petits
petite

Slide 7 - Question de remorquage

Dus...
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
/
 + s
 + e
+ es
voorbeeld
Joe est grand
Joe et Paul sont grands
Léa est grande
Léa et Sofie sont grandes

Slide 8 - Diapositive

Attention
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
/
 + s
 + e
+ es
voorbeeld
Joe est grand
Joe et Paul sont grands
Léa est grande
Léa et Sofie sont grandes
eindigt op -s
Le chien est gris
Les chiens sont gris
La chienne est grise
Les chiennes est grises

Slide 9 - Diapositive

Attention
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
/
 + s
 + e
+ es
voorbeeld
Joe est grand
Joe et Paul sont grands
Léa est grande
Léa et Sofie sont grandes
eindigt op -e
Le chien est calme
Les chiens sont calmes
La chienne est calme
Les chiennes sont calmes

Slide 10 - Diapositive

Attention
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
nieuw
nouveau
nouveaux
nouvelle
nouvelles
mooi
beau
beaux
belle
belles
oud
vieux
vieux
vieille
vieilles

Slide 11 - Diapositive

Onregelmatige vormen
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
eindigt op -ien
-ien
-iens
-ienne
-iennes
eindigt op -ien
Le garçon est italien
Les garçon sont italiens
La fille est italienne
Les filles sont italienne

Slide 12 - Diapositive

Onregelmatige vormen
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
eindigt op -ien
italien
 italiens
italienne
italienne
eindigt op -if
eindigt op -eux

Slide 13 - Diapositive

heureuse
heureux
sportif
heureuses
sportives
sportive
sportifs

Slide 14 - Question de remorquage

De plaats van het bijvoeglijk naamwoord

Slide 15 - Diapositive

De plaats van het bijvoeglijk naamwoord
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord altijd VOOR het zelfstandig naamwoord maar in het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal achter het zelfstandig naamwoord. 


C'est une femme italienne
Het is een Italiaanse vrouw.

Slide 16 - Diapositive

+es
+s
+e
+ ∅
grand
grandes
grands
grande

Slide 17 - Question de remorquage

Ma cousine se marie. Elle est
(nerveux)
A
Nerveux
B
Nerveus
C
Nerveuse
D
Nerveuses

Slide 18 - Quiz

Mes soeurs sont vraiment très
(créatif)
A
créatifs
B
créatifes
C
créatives

Slide 19 - Quiz

La fille s'appelle Sophie.
(parisien)
A
La fille parisien
B
La fille parisienne
C
La fille parisiene
D
La fille parisiens

Slide 20 - Quiz

Welk bijvoeglijk naamwoord staat achter het zelfstandig naamwoord?
A
nouveau
B
petit
C
long
D
heureux

Slide 21 - Quiz

Welke zin is correct?
A
C'est une belle fille.
B
C'est une fille belle.

Slide 22 - Quiz

La fille ... s'appelle Sophie.
A
La fille parisien
B
La fille parisienne
C
La fille parisiene
D
La fille parisiens

Slide 23 - Quiz

voor het zelfstandig naamwoord
achter het zelfstandig naamwoord
irritant
bon / bonne
créatif
petit
grand
nouveau
intelligent
premier
dernier
joli
jeune
sportif
mauvais
vieux
long
beau/ belle

Slide 24 - Question de remorquage