Hoorcollege Weer en klimaat

Welk klimaat heeft Nederland?
A
zeeklimaat
B
landklimaat
C
overgangsklimaat
D
gematigd zeeklimaat
1 / 22
suivant
Slide 1: Quiz

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Welk klimaat heeft Nederland?
A
zeeklimaat
B
landklimaat
C
overgangsklimaat
D
gematigd zeeklimaat

Slide 1 - Quiz

Wat is geen kenmerk van het Nederlandse klimaat?
A
droge winters
B
hele jaar neerslag
C
koele zomers
D
zachte winters

Slide 2 - Quiz

Door welke klimaatfactor wordt onze klimaat vooral bepaald?
A
ligging van gebergten
B
gesteldheid aardoppervlak
C
hoogteligging
D
verdeling luchtdrukgebieden

Slide 3 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een lage luchtdruk?
A
stijgende lucht
B
regen
C
dalende lucht
D
bewolking

Slide 4 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een hoge luchtdruk in de winter?
A
warm
B
zonnig
C
onbewolkt
D
dalende lucht

Slide 5 - Quiz

Door klimaatverandering krijgt Nederland te maken met heftiger regenbuien. Welk begrip past hierbij?
A
piekafvoer
B
neerslagintensiteit
C
UV-index
D
regiem

Slide 6 - Quiz

Welk gebied draagt niet bij aan zeespiegelstijging?
A
Zuidpool
B
Groenland
C
gletsjers Alpen
D
Noordpool

Slide 7 - Quiz

Welke klimaatfactor bepaalt waarom Zuid-Spanje warmer is dan Noord-Spanje?
A
zeestromen
B
windrichting
C
hoogteligging
D
breedteligging

Slide 8 - Quiz

Welk klimaat komt niet in Spanje voor?
A
hooggebergteklimaat
B
toendraklimaat
C
steppeklimaat
D
gematigd zeeklimaat

Slide 9 - Quiz

Verzilting ontstaat in Spanje door....?
A
irrigatie en verdamping
B
Broeikas Effect
C
oppompen grondwater
D
verdamping zeewater

Slide 10 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij landbouwgebieden met irrigatie?
A
Mare Plastico
B
veel arbeid en kapitaal
C
verzilting
D
intensieve veeteelt

Slide 11 - Quiz

Welke invloed heeft het Azorenhoog op klimaat Noordwest Spanje?
A
aanlandige wind en droog
B
aanlandige wind en regenachtig
C
aflandige wind en droog
D
aflandige wind en regenachtig

Slide 12 - Quiz

Welke invloed heeft het Azorenhoog op zuidwest Spanje?
A
geen invloed
B
aflandig en dalende lucht en dus...droog!
C
aflandige wind en stijgende lucht en dus..droog!
D
aanlandig en dalende lucht en dus....regen!

Slide 13 - Quiz

Welke klimaat heerst op de Meseta?
A
landklimaat
B
gematigd zeeklimaat
C
Middellandse zeeklimaat
D
Hooggebergteklimaat

Slide 14 - Quiz

Neerslag die ontstaat doordat lucht moet stijgen bij een gebergte heet...?
A
frontale neerslag
B
stijgingsneerslag
C
stuwingsneerslag
D
natte neerslag

Slide 15 - Quiz

Een berg is 4000 m. hoog en temperatuur in dal is 24 graden. Hoe koud op top van berg?
A
8 graden
B
-3 graden
C
0 graden
D
-6 graden

Slide 16 - Quiz

Een berg is 4000 m. hoog en temperatuur in dal is 24 graden. Hoe koud op top van berg?
A
8 graden
B
-3 graden
C
0 graden
D
-6 graden

Slide 17 - Quiz

Wanneer wordt wintertarwe geoogst?
A
herfst
B
winter
C
lente
D
zomer

Slide 18 - Quiz

Seattle aan de westkust heeft een gematigd zeeklimaat. New York aan de oostkust een landklimaat. Welke klimaatfactor is daarvoor verantwoordelijk?
A
ligging van gebergten
B
Windrichting (aanlandig en aflandig)
C
Breedteligging
D
Hoogteligging

Slide 19 - Quiz

Waardoor kunnen Northerns en Southerns zover het land binnendringen?
A
noord-zuid ligging gebergten
B
door harde westenwind
C
ze worden tegengehouden door gebergten
D
door de ligging aan zee

Slide 20 - Quiz

Wat draagt niet bij aan het klimaatbeleid van de VS
A
duurzaam consumeren
B
recycling
C
gebruik van zonne-energie
D
Trump uit verdrag van Parijs

Slide 21 - Quiz

Welke kenmerk hoort niet bij orkanen en tornado's
A
lage druk
B
harde wind
C
veel regen
D
hoge druk

Slide 22 - Quiz