Zinsontleding Quiz
Welk woord is de PV in de volgende zin?
Kim brengt mij iedere dag gele appels.
Kim brengt mij iedere dag gele appels.
1 / 21
Éléments de cette leçon
Welk woord is de PV in de volgende zin?
Kim brengt mij iedere dag gele appels.
Kim brengt mij iedere dag gele appels.
Slide 1 - Question ouverte
Welk woord is de PV in de volgende zin?
De lange man met de grote oren is verkouden.
De lange man met de grote oren is verkouden.
Slide 2 - Question ouverte
Welk woord is de PV in de volgende zin?
Zij liep over het plein naar de supermarkt.
Zij liep over het plein naar de supermarkt.
Slide 3 - Question ouverte
Welk woord is het OND in de volgende zin?
Liep Henk naar de supermarkt?
Liep Henk naar de supermarkt?
Slide 4 - Question ouverte
Welk woord is het OND in de volgende zin?
Het meisje met de gele jas komt altijd te laat.
Het meisje met de gele jas komt altijd te laat.
Slide 5 - Question ouverte
Welk woord is het GEZ in de volgende zin?
Het meisje met de gele jas komt morgen.
Het meisje met de gele jas komt morgen.
Slide 6 - Question ouverte
Welk woord is het GEZ in de volgende zin?
Zij kwam mij verse groente brengen.
Zij kwam mij verse groente brengen.
Slide 7 - Question ouverte
Welk woord is het GEZ in de volgende zin?
Zij mag mij iedere dag kusjes komen geven.
Zij mag mij iedere dag kusjes komen geven.
Slide 8 - Question ouverte
Welk woord is het LV in de volgende zin?
Zij geeft iedere dag appels aan mij.
Zij geeft iedere dag appels aan mij.
Slide 9 - Question ouverte
Welk woord is het LV in de volgende zin?
Bijles krijg ik iedere woensdag van mijn oom.
Bijles krijg ik iedere woensdag van mijn oom.
Slide 10 - Question ouverte
Welk woord is het LV in de volgende zin?
Sem mag Joeri meenemen op vakantie.
Sem mag Joeri meenemen op vakantie.
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Ik maak deze opdracht voor Nederlands.
Ik maak deze opdracht voor Nederlands.
Slide 14 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Het is erg warm gebleven deze week.
Het is erg warm gebleven deze week.
Slide 15 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Mira is vorig jaar blijven zitten.
Mira is vorig jaar blijven zitten.
Slide 16 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Kreeg Karin buikpijn van het eten?
Kreeg Karin buikpijn van het eten?
Slide 17 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Tristan mag op mijn feestje komen.
Tristan mag op mijn feestje komen.
Slide 18 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Die jongen uit het derde jaar vindt zij leuk.
Die jongen uit het derde jaar vindt zij leuk.
Slide 19 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Ik heb van mijn vriendje een ketting gekregen.
Ik heb van mijn vriendje een ketting gekregen.
Slide 20 - Question ouverte
Benoem alle zinsdelen (pv-ond-gez-lv) van deze zin:
Hij heeft lopen klooien tijdens zijn toets.
Hij heeft lopen klooien tijdens zijn toets.
