Zorg dat je kunt uitleggen (met vb) wat een bijwoord is en wat het verschil is tussen een bnw en een bw.
Donderdag 20 oktober:
toets Latijn H 15 + 16
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Leerdoelen
je kunt bepalen of een znw en bnw congrueren
Weektaak
Herhalen: W t/m les 16
Zorg dat je kunt uitleggen (met vb) wat een bijwoord is en wat het verschil is tussen een bnw en een bw.
Donderdag 20 oktober:
toets Latijn H 15 + 16
Slide 1 - Diapositive
Begintaak
Log in op de les van vandaag zónder pincode
Maak zoveel mogelijk opdrachten (dia 3 t/m 14)
Dit is oefening voor de toets
Je hebt je laptop nodig vandaag!
Slide 2 - Diapositive
Noteer naamval, geslacht, getal (alle mogelijkheden) van: boni
Slide 3 - Question ouverte
Noteer naamval, geslacht, getal (alle mogelijkheden) van: similium
Slide 4 - Question ouverte
Noteer naamval, geslacht, getal (alle mogelijkheden) van: cara
Slide 5 - Question ouverte
Noteer naamval, geslacht, getal (alle mogelijkheden) van: dulce
Slide 6 - Question ouverte
Noteer naamval, geslacht, getal (alle mogelijkheden) van: miseris
Slide 7 - Question ouverte
Kan het volgende paar van znw + bnw congrueren? Zo ja: noteer naamval, geslacht en getal (alle mogelijkheden). Zo nee: noteer één goede reden waarom niet. sorore vestro
Slide 8 - Question ouverte
Welke bnw kan/kunnen congrueren met fratres? 1. laetis 2. sui 3. communi 4. miserae 5. tuos
Slide 9 - Question ouverte
Kan het volgende paar van znw + bnw congrueren? Zo ja: noteer naamval, geslacht en getal (alle mogelijkheden). Zo nee: noteer één goede reden waarom niet. vocis dulcis
Slide 10 - Question ouverte
Welke znw kan/kunnen congrueren met omni? 1. amore 2. familia 3. gaudio 4. voci 5. matronae
Slide 11 - Question ouverte
Kan het volgende paar van znw + bnw congrueren? Zo ja: noteer naamval, geslacht en getal (alle mogelijkheden). Zo nee: noteer één goede reden waarom niet. omnia familia
Slide 12 - Question ouverte
Welke woorden kan/kunnen meervoud zijn? a. cari b. communis c. pulchrae d. vestra e. meis f. similis