pta toets 462 Nederlands werkwoorden 4 basis
1 / 21
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Peter …… (beantwoorden tt) de vraag fout.
Slide 2 - Question ouverte
Ik (surfen vt) op de golven en had veel plezier.
Slide 3 - Question ouverte
Wie het antwoord (raden tt) krijgt een prijs.
Slide 4 - Question ouverte
Mick en Laura hebben (juichen vd).
Slide 5 - Question ouverte
De kleuters hebben zich tijdens het spelen (bezeren vd).
Slide 6 - Question ouverte
De groep (bezorgen vt) een fruitmand bij de zieke docent.
Slide 7 - Question ouverte
Pieter (snijden tt) de worteltjes in kleine stukjes.
Slide 8 - Question ouverte
Gijs heeft een zware tijd (hebben vd).
Slide 9 - Question ouverte
Mijn tante (verbazen vt) zich over mijn komst.
A
verbaast
B
verbaasde
C
verbaazde
D
verbaasdde
Slide 10 - Quiz
Ik (vermoeden vt) dat we in de problemen zaten.
Slide 11 - Question ouverte
Dat heeft hij nog nooit (durven vd).
Slide 12 - Question ouverte
De leraar (vermoeden tt) dat het van internet komt.
Slide 13 - Question ouverte
De ministers van Frankrijk (landen vt) gisteren op Schiphol.
Slide 14 - Question ouverte
Fadia (durven vt) niet over het hek te klimmen.
Slide 15 - Question ouverte
Het hele huis (ruiken vt) naars vers gebakken croissants.
Slide 16 - Question ouverte
De tijger werd (aaien vd) door de dompteur.
Slide 17 - Question ouverte
De agent (bekeuren tt) Nico voor een overtreding.
Slide 18 - Question ouverte
Bert (stoten vt) zijn hoofd tegen de lamp.
Slide 19 - Question ouverte
We (verwachten vt) niet dat we allemaal een prijs zouden winnen.
Slide 20 - Question ouverte
De docent heeft (beloven vd) dat hij ons gaat trakteren als we allemaal een acht halen voor deze toets.
