Grammar 8: plurals (meervoud)

Plurals
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Plurals

Slide 1 - Diapositive

Today's goal
Je kunt een Engels woord van enkelvoud naar meervoud veranderen. 

Slide 2 - Diapositive

Hoe verander je het woord 'book' naar de meervoudsvorm?

Slide 3 - Question ouverte

Plurals (meervoud)
Gebruik je om:
- te zeggen dat je meer dan één persoon, dier of ding bestaat. 

Algemene regel:
+ s / + es toevoegen.
room > rooms
glass > glasses
(woord eindigt op een -s klank).

Slide 4 - Diapositive

Wijziging spelling
Bij een aantal woorden verandert de spelling zodra je deze in de meervoudsvorm zet:

baby > babies
party > parties
Eindigt het woord op medeklinker + y?  > y verandert in ie

Slide 5 - Diapositive

Wijziging spelling
Let op!

Bij een woord dat eindigt op een klinker + y, verandert de spelling niet:
boy - boys

Slide 6 - Diapositive

Wijziging spelling
Eindigt het woord op een -o? Dan voeg je -es toe in het meervoud.

potato > potatoes
hero > heroes

Slide 7 - Diapositive

Wijziging spelling
Eindigt het woord op een -f? 
Dan verandert de -f in een -ve in het meervoud.

wolf > wolves
life > lives (de -e staat er al)

Slide 8 - Diapositive

Meervoud in het NL
Let op!
Baby's 
is de Nederlandse meervoudsvorm en dus fout in het Engels. 

De 's is niet hoe je een woord in het meervoud zet in het Engels.
Dit kan alleen door +s/+es toe te voegen.

Slide 9 - Diapositive

Geef de meervoudsvorm van:
telephone

Slide 10 - Question ouverte

Geef de meervoudsvorm van:
tomato

Slide 11 - Question ouverte