Week 48 - les 1

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

	Ev. man.	Ev. vrouw.	Meervoud
mijn	m on	m a	me s
jouw	t on	t a	te s
zijn/haar	s on	s a	se s
ons/onze	notre	notre	no s
jullie/uw	votre	votre	vo s
hun	leur	leur	leur s

Let op!

Als het woord dat erachter komt vrouwelijk is en begint met klinker of h, dan krijg je bij mijn/jouw/zijn/haar geen ma/ta/sa maar mon/ton/son. 

Voorbeeld: haar vriendin = son amie (ipv sa amie).

Vul in:
... devoirs

1. mon
2. ma
3. mes

Vul in:
... classe

1. ton
2. ta
3. tes

Vul in:
... cours

1. notre
2. nos

Vul in:
... cantine

1. son
2. sa
3. ses

Vul in:
... note

1. ton
2. ta
3. tes

Vul in:
... orange (vrouwelijk)

1. mon
2. ma
3. mes

Traduisez:
Het is 10 uur.

Traduisez:
Het is kwart over acht.

Traduisez:
Het is half 12.

Traduisez:
Het is half 3.

Traduisez:
Het is 5:18.

Traduisez:
Het is 00:00 uur.

Le programme:

* Répéter bloc A et B

* Bloc C: les phrases-clés

* Bloc D: la grammaire

* Au travail

Attention! Contrôle chapitre 3: mercredi 2 décembre

Répéter bloc A et B

1. De lerares geeft huiswerk.

2. Ik ben klaar om 12 uur 's middags.

3. Wil je beginnen met (à) leren? 

4. Wiskunde en geschiedenis, het is waardeloos.

Tip: hak de zinnen in stukjes, zie p. 130 bloc A et B. Probeer uit het hoofd!

Bloc C (p. 110)

Les objectifs:

* Je kunt vertellen over school.

* Je weet hoe je de é en è uitspreekt.

Ex. 13

-> ex. 13E: faites 5 nouveaux phrases à deux dans ton cahier. 

-> faites ton emploi du temps en français! 

Bloc D (p. 112)

Titel van de aantekening:

Het werkwoord être (zijn)

Neem eerst het volgende rijtje over (volgende dia), daarna bekijk je het filmpje en ga je de vertalingen uit het filmpje halen.

Ik ben = 

Jij bent = 

Hij is = 

Zij is = 

Wij zijn =

Jullie zijn / u bent =

Zij zijn = 

Het is = 

Het zijn = 

Ik ben =
je suis

Jij bent =
tu es

Hij is = il est

Zij is =
elle est

Wij zijn =
on est / nous sommes

Jullie zijn / u bent =
vous êtes

Zij zijn =
ils sont / elles sont

Het is =
c'est

Het zijn = ce sont

Waarom is dit werkwoord handig?

Tips

Wat moet je doen als je het volgende moet vertalen:

Pien is = ...

Freek is = ...

Pien en Freek zijn = ...

• kijk eerst of het enkelvoud of meervoud is, bij enkelvoud gebruik je de il/elle vorm, bij meervoud de ils/elles vorm!

Au travail!

* Faites ex. 17acd, 18a et l'emploi du temps (het rooster).

* Temps: 15 minutes

* Travail individuel ou à deux (si vous voulez)

* Questions? Posez-les!

* Prêt? Corrigez les devoirs

10 minuten bezig met huiswerk, daarna huiswerk nakijken van vorige les!