Fachdidactik 2- 2. Unterricht

2. Unterricht - Sprechen über die DACH Region 
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2. Unterricht - Sprechen über die DACH Region 

Slide 1 - Diapositive

Beste invaldocent, 
Je kunt deze slide vast klaarzetten aan het begin van de les, wanneer de leerlingen rustig toetreden tot de meeting. Bij binnenkomst kan je kort een praatje met leerlingen maken en vragen hoe het met de leerlingen gaat. 

Het is goed om te weten dat deze les een thema les is waarin spreek- en gespreksvaardigheid in combinatie met een interculturele competentie centraal staan. We behandelen deze les bezienswaardigheden in Duitstalige steden. 
 Zurückblick auf die letzte Stunde 
- Was haben wir die letzte Stunde gemacht?
- Kann sich noch Jemand erinnern was Cro mit viel Geld machen würde?

Slide 2 - Diapositive

In deze lesfase maak je samen met de leerlingen een terugblik op de vorige les, waarin er luistervaardigheid en luisterstrategieën zijn behandeld. Je kan twee leerlingen aanwijzen door middel van het namenrad op de dia en deze leerlingen vragen om de vragen op de LessonUp slide te beantwoorden.Je maakt hierbij gebruik van de vraagtechniek No Hands Questioning. Je  noemt de naam van de leerling uit het namenrad en stelt de vraag gericht aan een leerling (door middel van het noemen van een naam). Dit herhaal je 2x. De leerlingen kunnen elkaar op deze manier waar nodig aanvullen. 
Lernzielen 
Am Ende der Stunde kann ich mit Hilfe des Konjunktiv II...
- ....sagen in welche deutschsprachige Stadt ich reisen würde;
- ....in zwei Sätzen begründen warum ich dorthin (nicht) reisen würde.


Slide 3 - Diapositive

In deze lesfase zal het lesdoel behandeld worden. Het is hierbij belangrijk om eerst samen met de leerlingen het lesdoel te vertalen aan de hand van chunks (bijvoorbeeld: Am Ende der Stunde). Deze chunk zal bij de leerlingen bekend zijn, vanuit gaan jullie verder met het vertalen van de lesdoelen.  Vervolgens geef je aan hoe jullie tijdens de les aan dit lesdoel te werken. Uiteindelijk geef je ook aan waarom het belangrijk is dat de leerlingen goed meedoen tijdens deze les. De kennis en vaardigheden die de leerlingen tijdens deze les oefenen en aanleren, kunnen zij gebruiken wanneer zij zelf in een Duitstalige zijn en informatie willen geven of verkrijgen over bezienswaardigheden in gesprek met een Duitstalig persoon. Je kan na uitleg van de lesdoelen en lesprogramma aan de leerlingen vragen of het duidelijk is wat de lesdoelen zijn en hoe de leerlingen hier aan gaan werken. Je kiest een leerling om kort toe te lichten wat de lesdoelen zijn en hoe de leerlingen hieraan werken. Er is sprake van ‘bevraging’ (controleren of de belangrijkste elementen van de uitleg zijn overgekomen). Je maakt hierbij gebruik van een combinatie tussen Basketball Questioning en 5WH. De docent gooit een balletje naar de leerling en vraagt hem één van de 5WH vragen te beantwoorden. De leerling beantwoord de vraag en gooi hem naar een andere leerling. Waar nodig kan deze leerling het antwoord aanvullen en beantwoordt de volgende vraag. Dit blijft zich herhalen tot alle vragen beantwoord zijn. 
Was machen wir Heute?
- Zurückblick auf die letzte Stunde 
- Erklärung des Konjunktiv II
- Erklärung der Sprechaufgabe 
- Arbeiten an der Sprechaufgabe (1)
- Feedback geben 
- Arbeiten an der Sprechaufgabe (2)
- Evaluieren und Lernzielen checken
- Vorausblick auf die nächste Stunde

Slide 4 - Diapositive

In deze lesfase zal het lesdoel behandeld worden. Het is hierbij belangrijk om eerst samen met de leerlingen het lesdoel te vertalen aan de hand van chunks (bijvoorbeeld: Am Ende der Stunde). Deze chunk zal bij de leerlingen bekend zijn, vanuit gaan jullie verder met het vertalen van de lesdoelen. Vervolgens geef je aan hoe jullie tijdens de les aan dit lesdoel te werken. Uiteindelijk geef je ook aan waarom het belangrijk is dat de leerlingen goed meedoen tijdens deze les. De kennis en vaardigheden die de leerlingen tijdens deze les oefenen en aanleren, kunnen zij gebruiken wanneer zij zelf in een Duitstalige zijn en informatie willen geven of verkrijgen over bezienswaardigheden in gesprek met een Duitstalig persoon. Je kan na uitleg van de lesdoelen en lesprogramma aan de leerlingen vragen of het duidelijk is wat de lesdoelen zijn en hoe de leerlingen hier aan gaan werken. Je kiest een leerling om kort toe te lichten wat de lesdoelen zijn en hoe de leerlingen hieraan werken. Er is sprake van ‘bevraging’ (controleren of de belangrijkste elementen van de uitleg zijn overgekomen). Je maakt hierbij gebruik van een combinatie tussen Basketball Questioning en 5WH. De docent gooit een balletje naar de leerling en vraagt hem één van de 5WH vragen te beantwoorden. De leerling beantwoord de vraag en gooi hem naar een andere leerling. Waar nodig kan deze leerling het antwoord aanvullen en beantwoordt de volgende vraag. Dit blijft zich herhalen tot alle vragen beantwoord zijn. 
Erklärung des Konjunktiv II
- Hoe maak je de Konjunktiv II ?
  1. Haben, sein en werden hebben hun eigen vorm (wäre, hätte, würde);
  2. De modale werkwoorden en 'wissen' hebben ook hun eigen vorm;
  3. Bij alle andere werkwoorden gebruik je 'würde' + Infinitiv.

Slide 5 - Diapositive

In deze lesfase ga je bezig met het uitleggen van de Konjunktiv II. Op deze slide staat aangegeven op welke manier je in het Duits de Konjunktiv II kan maken. Je kan hierbij aangeven dat we ons tijdens deze les vooral focussen op de derde manier: würde + infintiv. Je kan de uitleg nog verduidelijken voor de leerlingen door uit te leggen dat de Konjunktiv II de zou-vorm in het Duits is. 
Erklärung des Konjunktiv II
- De Konjunktiv II is de zou-vorm in het Duits. 
- Je gebruikt deze vorm:
  1. Om een mogelijkheid uit te drukken; Könnte ich gut singen, würde ich eine Band gründen. 
  2. Om beleefd iets te vragen. Wüsstest du vielleicht wie spät es ist? 

Slide 6 - Diapositive

Op deze slide wordt ingegaan op twee mogelijkheden wanneer men de Konjunktiv II in het Duits gebruikt. Je kan de voorbeelden behandelen met de leerlingen en daarna samen met de leerlingen de zin vertalen om er zeker van te zijn dat zij het goed hebben begrepen. Het is belangrijk dat je er bij het vertalen goed op let dat de leerlingen in de vertaling ook de zou-vorm gebruiken. 
Erklärung des Konjunktiv II
- De Konjunktiv II is de zou-vorm in het Duits. 
- Je gebruikt deze vorm:
  1. Om een wens uit te drukken; Ich hätte gern ein Schwimmbad. 
  2. Om een situatie te beschrijven wat nu geen werkelijkheid is; Wenn ich reich wäre, würde ich ein Auto kaufen.

Slide 7 - Diapositive

Op deze slide wordt ingegaan op twee mogelijkheden wanneer men de Konjunktiv II in het Duits gebruikt. Je kan de voorbeelden behandelen met de leerlingen en daarna samen met de leerlingen de zin vertalen om er zeker van te zijn dat zij het goed hebben begrepen. Het is belangrijk dat je er bij het vertalen goed op let dat de leerlingen in de vertaling ook de zou-vorm gebruiken. 

Na de uitleg ga je vragen of de leerlingen de uitleg en het gebruik van de Konjunktiv II hebben begrepen. Vervolgens ga je één leerling aanwijzen en vragen om nog even kort te benoemen hoe en wanneer de Konjunktiv II gebruikt wordt. De docent maakt hierbij gebruik van de vraagtechniek Conscripts and Volunteers. Je kiest hierbij een antwoord van één leerling die wel de hand opsteekt, en één leerling die zijn hand niet opsteekt. De leerlingen komen vervolgens samen tot een volledig antwoord op je vraag. 
Die DACH Länder 
Ihr bekommt nun eine Karte der DACH Länder!

Was sind die DACH Länder?

So werden die deutschsprachigen Länder Deutschland(D), Österreich (A) und Schweiz (CH) genannt = DACH.

Slide 8 - Diapositive

In deze lesfase introduceer je het culturele element van de les. Je geeft aan dat de leerlingen in het Teams kanaal van het vak Duits een handout kunnen vinden met daarin een kaart van Duitsland, Oostenrijk en Zwisterland. Je gaat uitleggen dat deze Duitstalige landen de DACH-Länder zijn, en dat we tijdens deze les aan de slag gaan met een aantal bezienswaardigheden uit deze landen. 
Erklärung der Sprechaufgabe
Ihr werdet nun in 2er Gruppen eingeteilt. Ihr bekommt einen Handout in eurem eigenen Kanal. Dieses findet Ihr in Bestanden. 

Ihr seht dort als erstes eine Deutschlandkarte. Auf dieser findet Ihr drei markierte Städte. Zu diesen Städten gibt es jeweils zwei Karten mit Aktivitäten oder Sehenswürdigkeiten. Anhand dieser wählst du eine Stadt aus, in die du fahren würdest. Unter der Karte findet Ihr ein Beispiel, 
wie euer Gespräch aussehen soll. 



Slide 9 - Diapositive

Op deze dia staat een uitleg van de spreekopdracht die de leerlingen hierna gaan uitvoeren. De opdracht staat ook in de handout. Het is handig om de leerlingen te vragen deze handout allemaal te downloaden. 

Je kan de opdracht uitleggen aan de hand van de instructie op de dia en bij eventuele onduidelijkheden kan je het in het Nederlands verder toelichten. Het idee van deze opdracht is dat de leerlingen de verschillende kaartjes gaan lezen en vervolgens aan hun gesprekspartner gaan vertellen naar welke stad zij willen gaan en welke bezienswaardigheden zij willen bezoeken (dit moeten zij ook uitleggen aan de hand van twee argumenten). 

Je kan samen met de leerlingen het voorbeeld lezen dat in de handout op pagina 1 geschreven staat. Je kunt de leerlingen in break-outrooms verdelen. Voor je dit doet, is het belangrijk om eerst te checken of iedereen de opdracht heeft begrepen. 

Erklärung der Sprechaufgabe
Ihr werdet nun in eure eigenen Kanäle geschickt. Dort findet ihr nochmals die Erklärung der Aufgabe in einem Handout. Außerdem findet ihr dort auch die anderen Materialien, die ihr für die Aufgabe nötig habt. Euer Dozent kommt in den Kanäle langs, um Feedback zu geben oder euch zu helfen. 

Nach 15 minuten werden wir im generalen Meeting weiter arbeiten, 
wenn Ihr früher fertig seid, geht direkt zu nächste Aufgabe: 
der Schweiz. 



Slide 10 - Diapositive

Op deze dia staat een uitleg van de spreekopdracht die de leerlingen hierna gaan uitvoeren. De opdracht staat ook in de handout. Het is handig om de leerlingen te vragen deze handout allemaal te downloaden.

 
Je kan de opdracht uitleggen aan de hand van de instructie op de dia en bij eventuele onduidelijkheden kan je het in het Nederlands verder toelichten. Het idee van deze opdracht is dat de leerlingen de verschillende kaartjes gaan lezen en vervolgens aan hun gesprekspartner gaan vertellen naar welke stad zij willen gaan en welke bezienswaardigheden zij willen bezoeken (dit moeten zij ook uitleggen aan de hand van twee argumenten). Er zit in deze lesfase ook een gedeelte differentiatie. De leerlingen die opdracht 1 al binnen het kwartier hebben kunnen maken, mogen doorwerken aan opdracht 2. Deze opdracht lijkt op opdracht 1, alleen de leerlingen houden zich bij opdracht 2 bezig met Zwitserse bezienswaardigheden en de opdracht is minder geleid dan opdracht 1. Het is belangrijk dat je erbij vertelt dat de leerlingen bij opdracht 2 en 3 de dialoog eerst zelf even moeten aanvullen in hun eigen handout. 
Je kan samen met de leerlingen het voorbeeld lezen dat in de handout op pagina 1 geschreven staat. Je kunt de leerlingen in break-outrooms verdelen. 
Voor je dit doet, is het belangrijk om eerst te checken of iedereen de opdracht heeft begrepen.

Na de uitleg van de hoofdactiviteit ga je een leerling vragen om de activiteit nogmaals kort samen te vatten. Je wijst een leerling aan die kort zal vertellen waar de leerlingen zich de komende 15 minuten mee bezig gaan houden en hoe zij de opdracht uit kunnen voeren.
Je maakt hierbij gebruik van de vraagtechniek No Hands Questioning. Je wijst één leerling aan die voor de klas een aantal vragen van de andere leerlingen over de opdracht van deze les gaat beantwoorden. 
Arbeiten an der Sprechaufgabe (1) 
timer
15:00

Slide 11 - Diapositive

De aankomende 15 minuten gaan de leerlingen in tweetallen en in breakoutrooms werken aan de opdrachten uit de handout. Je kan de verschillende kanalen afgaan om te luisteren naar de productie van de leerlingen, feedback te geven of om te checken dat alle leerlingen ook daadwerkelijk aan het werk zijn. 
Feedback auf die erste Aufgabe
Schreib ein Tip und ein Top auf für deine Gesprächspartner/in.
z.B.: Benutzt dein Gesprächspartner/in den Konjunktiv 2 richtig?

Gib in der zweiten Runde deinem/deiner Gesprächspartner/in Feedback.



Slide 12 - Diapositive

In deze lesfase komen de leerlingen terug in het algemene kanaal en je bespreekt de opvallende bevindingen van jouw bezoek aan de verschillende breakoutrooms. Je laat de leerlingen elkaar feedback geven door één tip en één top voor hun gesprekspartner op te schrijven. 

Tijdens de tweede ronde dat de leerlingen gesprekken gaan voeren geven ze elkaar deze peerfeedback en werken aan de tweede opdracht over Zwisterland. 
Arbeiten an der Sprechaufgabe (2) 
timer
10:00

Slide 13 - Diapositive

De aankomende 15 minuten gaan de leerlingen in tweetallen en in breakoutrooms werken aan de opdrachten uit de handout. Je kan de verschillende kanalen afgaan om te luisteren naar de productie van de leerlingen, feedback te geven of om te checken dat alle leerlingen ook daadwerkelijk aan het werk zijn.  Ook kan je checken hoe de leerlingen elkaar peerfeedback geven die ze zojuist hebben opgeschreven voor elkaar. 
Evaluieren / Lernziele checken
Am Ende der Stunde kann ich mit Hilfe des Konjunktiv II...
- ....sagen in welche deutschsprachige Stadt ich reisen würde;
- ....in zwei Sätzen begründen warum ich dorthin (nicht) reisen würde.

Schreib auf in den Chat wofür du noch Hilfe brauchst und wie dir die Aufgabe gefallen hat!

Slide 14 - Diapositive

In deze lesfase ga je samen met de leerlingen terugblikken op de les en je wijst 3-4 leerlingen aan om te vertellen of het lesdoel wel/niet is behaald. Deze leerlingen zullen daarnaast ook vertellen wat zij deze les hebben geleerd, wat al goed gaat en waar zij nog beter in willen worden/meer mee willen oefenen. Je bespreekt in deze lesfase ook de peerfeedback die de leerlingen elkaar gegeven hebben. Je kan hierbij gebruik maken van de vraagtechniek Basketball Questioning. Je gooit een balletje naar de leerling en deze leerling geeft zijn mening over de les en vertelt of hij vindt dat het lesdoel is het behaald. Daarna gooit de leerling het balletje naar een andere leerling en beantwoord de andere leerling de vraag. Dit herhaalt zich ongeveer 3 à 4 keer.

Daarna hebben de leerlingen nog enkele minuten de tijd om in de chat aan te geven waar ze eventueel nog hulp bij nodig hebben en hoe de opdracht hen bevallen is. 
Vorausblick auf die nächste Stunde
Hausaufgabe: Für die nächste Stunde geht jeder Schüler auf die Suche nach einer Stadt in Deutschland, Österreich oder der Schweiz, die er gern besuchen würde. Begründe deine Wahl mit mindestens 2 Argumenten.

In der nächste Stunde werdet ihr dann zu viert eingeteilt und führt Gespräche so wie heute miteinander.


Slide 15 - Diapositive

In deze laatste lesfase geef je aan wat de leerlingen tijdens de volgende Duits les gaan doen en wat zij hiervoor kunnen voorbereiden. De leerlingen gaan thuis opzoek naar bezienswaardigheden in Duitstalige steden en gaan de dialogen + woordenlijst leren. 

Je kan controleren of iedereen heeft begrepen wat het huiswerk is en wat de leerlingen de volgende les kunnen doen door aan één van de leerlingen te vragen of hij/zij nogmaals kort kan samenvatten wat ze tijdens de volgende les gaan doen en wat het huiswerk is. Ook vraag je aan de leerlingen of zij nog vragen hebben naar aanleiding van de uitleg. Je  maakt hierbij gebruik van de vraagtechniek No Hands Questioning. Je wijst een leerling aan en deze leerling beantwoordt , na enkele seconden bedenktijd, de vraag.