Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Welkom mavo 1C
Nodig:
laptop: log in op LessonUp
schrift: huiswerk van les 43 open
planner + pen: nog dicht
Slide 1 - Diapositive
Vandaag 16 februari
We bespreken de antwoorden van les 43
We bespreken de stof van les 44
Slide 2 - Diapositive
Geef een betekenis van 'fanaten' in 'Drie fanaten vertellen waarom basketbal zo leuk is.'
timer
1:00
Slide 3 - Question ouverte
Geef een betekenis van 'constant' in 'Mijn broertje pest mijn zusje constant.'
timer
1:00
Slide 4 - Question ouverte
Geef een betekenis van 'negatieve' in 'De negatieve recensies over dat spel zorgen ervoor dat het slecht verkoopt.'
timer
1:00
Slide 5 - Question ouverte
Geef een betekenis van 'nimmer' in 'Dat gaat nimmer nooit niet gebeuren.'
timer
1:00
Slide 6 - Question ouverte
De context van een woord kan het verschil maken:
De bank gaf mij geen lening voor mijn bedrijf.
Die bank zit zo ontzettend lekker!
Slide 7 - Diapositive
Wat betekent 'terecht' in zin a en b? Geef het verschil aan. a. De straf die die jongen kreeg, is helemaal terecht. b. Na uren zoeken is de hond nog steeds niet terecht.
timer
1:30
Slide 8 - Question ouverte
Moeilijk woord?
Stap 1: kijk naar de context > de andere woorden in de zin.
Stap 2: Gebruik een woordraadstrategie:
Is er een synoniem van het woord?
Is er een tegenstelling van het woord?
Is het woord een samenstelling van twee of drie woorden? Wat betekenen die aparte woorden?
Ken je het woord uit een andere taal?
Slide 9 - Diapositive
Geef de drie moeilijke woorden die jij uit de tekst bij opdracht 10 hebt gehaald. Verzin er ook een synoniem bij.
timer
1:30
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
We gaan door met les 44
Slide 12 - Diapositive
Les 44 woordenboek
Hoe vind je een woord?
Slide 13 - Diapositive
Bij welk woord zoek je als je wil weten wat 'arrestanten' betekent in 'De arrestanten wisten te ontsnappen.'
timer
0:30
Slide 14 - Question ouverte
Bij welk woord zoek je als je wil weten wat 'concurreert' betekent in 'YouTube concurreert met Spotify.'
timer
0:30
Slide 15 - Question ouverte
Bij welk woord zoek je als je wil weten wat 'constructieve' betekent in 'De premier wil constructieve gesprekken.'
timer
0:30
Slide 16 - Question ouverte
Bij welk woord zoek je als je wil weten wat 'inkomensbeleid' betekent in 'De regering heeft een nieuw inkomensbeleid bedacht.'