INB 10 B1 17 januari onregelmatige werkwoorden

Welkom allemaal!
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Welkom allemaal!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Maak een zin. A2: want, B1: omdat

Slide 3 - Question ouverte

Maak een zin. A2: omdat, B1: hoewel

Slide 4 - Question ouverte

Maak een zin. A2: als, B1: toen

Slide 5 - Question ouverte

Splitsing niveaus

Slide 6 - Diapositive

B1: huiswerk (kort) bespreken
Repareer het, waardeer het

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Woordenschat vanuit de tekst
waarderen, defect, zich bewust worden van, het gemak, functioneren, afdanken, het textiel, een kwestie van, belanden, de voldoening

Slide 12 - Diapositive

onregelmatige werkwoorden
In het Nederlands hebben we te maken met onregelmatige werkwoorden. Deze vervoegingen moet je uit je hoofd leren.

Slide 13 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden

Slide 14 - Diapositive

VERBIEDEN
VERBOOD/VERBODEN
VERBODEN
VERGETEN
VERGAT/VERGATEN
VERGETEN
VERZINNEN
VERZON/VERZONNEN
VERZONNEN
VINDEN
VOND/VONDEN
GEVONDEN
VRAGEN
VROEG/VROEGEN
GEVRAAGD
VRIEZEN
VROOR/VROREN
GEVROREN
ZIEN
ZAG/ZAGEN
GEZIEN

Slide 15 - Diapositive

ZIJN
WAS/WAREN
GEWEEST
ZINGEN
ZONG/ZONGEN
GEZONGEN
ZOEKEN
ZOCHT/ZOCHTEN
GEZOCHT
ZWEMMEN
ZWOM/ZWOMMEN
GEZWOMMEN

Slide 16 - Diapositive

Ik heb gisteren in de zee........(zwemmen)

Slide 17 - Question ouverte

Vorige week........(zien) ik een mooie auto.

Slide 18 - Question ouverte

Het heeft de hele week.................(vriezen)

Slide 19 - Question ouverte

Ik...............(vergeten) dat ik les had.

Slide 20 - Question ouverte

Maandag hebben wij een verhaal.............(verzinnen)

Slide 21 - Question ouverte

Hij ........................(verbieden) mij om er iets over te zeggen.

Slide 22 - Question ouverte

Wij hebben naar een oplossing...............(zoeken)

Slide 23 - Question ouverte

wij.................(zingen) een mooi lied

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het hele werkwoord?
Wij vroegen haar de weg.
A
vroeg
B
vraag
C
vroegen
D
vragen

Slide 25 - Quiz

Wat is het hele werkwoord?
Telefoons werden vorige week in de les verboden.
A
verbood
B
verbied
C
verbieden
D
verboden

Slide 26 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:
zwemmen

Slide 27 - Question ouverte

Wat is het voltooid deelwoord van:
vragen

Slide 28 - Question ouverte

Wat is het voltooid deelwoord van:
zoeken

Slide 29 - Question ouverte

Wat is de verleden tijd enkelvoud van:
vinden

Slide 30 - Question ouverte

Wat is de verleden tijd enkelvoud van:
zien

Slide 31 - Question ouverte

Wat is de verleden tijd meervoud van:
zingen

Slide 32 - Question ouverte

Wat is de verleden tijd meervoud van:
zoeken

Slide 33 - Question ouverte

Heleen werkt als marketing-assistent bij een meubelfabrikant. Ze vertelt wat ze gisteren heeft gedaan op haar werk.
1. Gisteren (zijn) het maandag, de eerste werkdag na het weekend. Dat is altijd een drukke dag op mijn werk.
2. Eerst (hebben) ik een vergadering met ons team.
3. De vergadering (beginnen) om 9.00 en (duren) tot 10.30.
4. Ik (moeten) de notulen maken van de vergadering.
5. Aan het begin (zijn) we met vijf collega's, en na tien minuten
 (komen) onze manager binnen.
6. Hij (zeggen) dat het druk (zijn) op de weg en dat hij daarom niet op tijd (kunnen) zijn.
7. De vergadering (gaan) over een promotiecampagne voor een nieuwe serie meubels van onze fabriek.

Slide 34 - Diapositive

8. We (spreken) over de verschillende onderdelen van de campagne en we (maken) afspraken over de taakverdeling: Hoe (kunnen) we de nieuwe meubels onder de aandacht van onze klanten brengen?
9. Wie van ons (schrijven) de promotieteksten?
10. Wie(zetten) die teksten op onze website?
11. En wie (kijken) er naar wat we op de sociale media
 (moeten) plaatsen?
12. Na die vergadering (werken) ik mijn notulen uit en
 (mailen) het verslag naar mijn collega's.
13. Tijdens de lunch (praten) ik met twee collega's over het afgelopen weekend en na de lunch (kijken) ik in mijn mailbox.
14. Ik (lezen) de binnengekomen mails en (beantwoorden) de mails die niet tot morgen (kunnen) wachten.

Slide 35 - Diapositive

15. Daarna (hebben) mijn manager en ik een afspraak met een fotograaf die foto's (willen) maken voor onze nieuwe campagne.
16. Hij (uitleggen) hoe hij meestal (werken) en
 (laten) ons foto's zien uit zijn portfolio. Mijn manager
 (vinden) de foto's mooi en (vragen) aan mij om samen met de fotograaf een planning te maken voor de campagne.
17. Dat (doen) we en daarna (mogen) ik naar huis, na een drukke, maar leuke werkdag.

Slide 36 - Diapositive

Dictee 
Schrijf (typ) de zinnen op die je hoort

Slide 37 - Diapositive

1. Schrijf de zin op

Slide 38 - Question ouverte

2. Schrijf de zin op

Slide 39 - Question ouverte

3. Schrijf de zin op

Slide 40 - Question ouverte

4. Schrijf de zin op

Slide 41 - Question ouverte

5. Schrijf de zin op

Slide 42 - Question ouverte