Duurzame Energie en Klimaatverandering in Nederland

Duurzame Energie en Klimaatverandering in Nederland

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je de oorzaken van klimaatverandering benoemen, beschrijven hoe CO2-uitstoot verminderd kan worden, de soorten duurzame energie in Nederland beschrijven en kennis van klimaatverandering in Nederland demonstreren.

Wat weet je al over duurzame energie en klimaatverandering in Nederland?

Paragraaf 1: Oorzaken van Opwarming

Beschrijf de oorzaken van de opwarming van de aarde, de manieren om CO2-uitstoot te verminderen, en de soorten duurzame energie in Nederland.

Paragraaf 2: Klimaatverandering in Nederland

Leg uit welke veranderingen er zijn in het klimaat van Nederland, mogelijke toekomstige veranderingen, en het verband tussen temperatuur en CO2-uitstoot.

Paragraaf 3: Zeespiegelstijging en Bodemdaling

Beschrijf de oorzaken van de zeespiegelstijging, hoe Nederland zich beschermt, bodemdaling, en klimaataanpassing in kustgebieden.

Paragraaf 4: Aanpassingen aan Veranderend Klimaat

Leg uit waarom het rivierengebied zich moet aanpassen, hoe mensen zich beschermen tegen overstromingen, en maatregelen in het plan Ruimte voor de Rivier.

Discussie: Klimaatverandering in Eigen Omgeving

Stimuleer een discussie over de resultaten van het onderzoek naar klimaatverandering in de eigen omgeving.

Quiz: Duurzame Energie en Klimaatverandering

Geef een korte quiz om de kennis van duurzame energie en klimaatverandering te testen.

Praktijkopdracht: Klimaatadaptatie

Geef een praktijkopdracht waarbij studenten maatregelen bedenken voor klimaatadaptatie in een specifiek gebied.

Reflectie: Impact van Duurzame Maatregelen

Laat de studenten reflecteren op de impact van duurzame maatregelen en klimaatverandering op hun eigen leven.

Afsluiting: Actieplan voor Duurzaamheid

Moedig de studenten aan om een actieplan te maken voor duurzaamheid in hun eigen omgeving.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.