Geboorteland

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Hoger onderwijs

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Gisteren heb ik iets gedaan.
Ik heb gefietst.                                                        *Ik heb gezwommen.
Ik heb gepoetst.                                                      *Ik heb gedronken.
Ik heb gezien.                                                            *Ik heb bezocht.
Ik heb gewandeld.                                                   *Ik heb gegeten.
ik heb gelachen.                                                       *Ik ben geweest.
Ik heb gehoord.                                                         *Ik heb gekeken.
Ik heb geluisterd.                                                       *Ik heb gekocht.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Het geboorteland
Wat zijn de voordelen? +++
Wat zijn de nadelen? ---

Slide 4 - Diapositive

Mooie natuur
= PLUSPUNT

Veel verkeer
= MINPUNT

Slide 5 - Diapositive

Goede gezondheidszorg
Goede ziekenhuizen

GEEN verse producten
Import uit andere landen

Slide 6 - Diapositive

Mensen zijn niet gelukkig.
Mensen zijn niet blij.

Er is werk. Mensen hebben een goed salaris.

Slide 7 - Diapositive

Informatie over België
In België leven er ongeveer 11,5 miljoen mensen.
België heeft een oppervlakte van 30 000 km².
België is in continent Europa.
De hoofdstad van België is Brussel.
In België heb je christenen, moslims en ook andere religies.
In België is er een koning, koning Filip.
In België betalen we met euro.
De nationale feestdag is 21 juli.

Slide 8 - Diapositive

Mijn geboorteland
Hoeveel inwoners leven er?
Hoe groot is mijn geboorteland?
Wat is de hoofdstad?
Welke taal spreekt men?
Wat is de religie?
Wie is de koning of de president?
Wat is de munteenheid?
Wanneer is de nationale feestdag?


Slide 9 - Diapositive

Waarom hou jij van
jouw geboorteland?

Slide 10 - Carte mentale

voor de liefde
voor het geld
Waarom ben jij naar België gekomen?

Slide 11 - Diapositive

om te vluchten
voor werk
Waarom ben jij naar België gekomen?

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Groot - groter - grootst
Wie in de klas ..
is het grootst?
is het kleinst?
is groter dan Marie?
is kleiner dan Marie?
is het oudst?
is het jongst?
is jonger dan Marie?
is ouder dan Marie?

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Wat hoor je?

                dromen                      stad                maan                      zon
                         oor                          hand                             wereld
                          aarde                    regenboog              pijn      
                                       woestijn                     strand      
                                                           kinderen               
               

Slide 25 - Diapositive

Feit of mening

Slide 26 - Diapositive

België is een klein land.
A
juist
B
fout

Slide 27 - Quiz

België is groter dan Nederland.
A
juist
B
fout

Slide 28 - Quiz

De koning van België heet Filip.
A
juist
B
fout

Slide 29 - Quiz

België heeft meer inwoners dan Frankrijk.
A
juist
B
fout

Slide 30 - Quiz

Ik vind België mooi.
A
ja
B
nee

Slide 31 - Quiz

Ik vind de mensen in België vriendelijk
A
ja
B
nee

Slide 32 - Quiz

Ik vind het eten in België lekker.
A
ja
B
nee

Slide 33 - Quiz