Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Oefentoets h3 en h4 lezen woordenschat taalverzorging
Noem 3 signaalwoorden die horen bij een opsomming.
1 / 21
suivant
Slide 1:
Question ouverte
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Noem 3 signaalwoorden die horen bij een opsomming.
Slide 1 - Question ouverte
Het signaalwoord "maar" hoort bij een tegenstelling.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quiz
Geef van de volgende zin aan wat de oorzaak is en wat het gevolg.
Een ontspoorde tram op het kruispunt van de Noordsingel en de Bergwerd, leidde tot een flinke opstopping van het autoverkeer.
Slide 3 - Question ouverte
Wat is de betekenis van de uitdrukking "binnen de perken"?
A
goed opletten
B
braaf zijn
C
niet overdrijven
D
nog niet volwassen zijn
Slide 4 - Quiz
Wat is de betekenis van de uitdrukking "een storm in een glas water"?
A
iemand overhalen iets te doen of te zeggen
B
grote ophef over iets dat erg meevalt
C
snel klagen
D
veranderen om iets beter te maken
Slide 5 - Quiz
Wat is de betekenis van de uitdrukking "nog niet droog achter de oren zijn"?
A
nog niet volwassen zijn
B
heel snel klagen
C
iemand een lesje leren
D
niet nauwkeurig zijn
Slide 6 - Quiz
Een ander woord voor fans is liefhebbers.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quiz
Bij welk woord uit de onderstaande uitdrukking zoek je in het woordenboek de betekenis op?
"Hij viel met de deur in huis".
Slide 8 - Question ouverte
Is de persoonsvorm in onderstaande zin juist of onjuist gebruikt?
Bij het bekendmaken van de winnaars juichte de hele club.
A
juist
B
onjuist
Slide 9 - Quiz
Hij is vorig jaar naar Oldenzaal ..... (verhuizen).
A
Verhuist
B
Verhuisd
C
Verhuizt
D
Verhuizd
Slide 10 - Quiz
Het vliegtuig ..... (landen) vanochtend om 10.00 uur.
A
land
B
landt
C
lande
D
landde
Slide 11 - Quiz
Verbeter de onderstaande zin, zodat er geen fouten meer in staan.
Mijn buurman heeft vorige week zijn enkel gekneust toen hij dansde op een feest.
Slide 12 - Question ouverte
Zoek in onderstaande 4 woorden het basiswoord en de 2 bijbehorende betekenissen. Welk woord blijft over en hoort niet bij de andere 3 woorden?
A
boodschap
B
depressie
C
iets wat je in de winkel koopt
D
bericht
Slide 13 - Quiz
Zoek in onderstaande 4 woorden het basiswoord en de 2 bijbehorende betekenissen. Welk woord blijft over en hoort niet bij de andere 3 woorden?
A
stemmen
B
ergens een prijskaartje aan doen
C
prijzen
D
beloning voor de winnaar
Slide 14 - Quiz
Deze woordsoort zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
A
Werkwoord
B
Lidwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord
D
Voorzetsel
Slide 15 - Quiz
Benoem het woord dat in hoofdletters staat geschreven.
Hij WAS gisteren veel te laat thuis.
A
Voorzetsel
B
Werkwoord
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 16 - Quiz
Benoem het woord dat in hoofdletters staat geschreven.
Ik schrijf altijd MET een zwarte pen.
A
Bijvoeglijk naanwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Werkwoord
D
Voorzetsel
Slide 17 - Quiz
Benoem het woord dat in hoofdletters staat geschreven.
Ik schrijf altijd met een GEKLEURDE pen.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Voorzetsel
D
Werkwoord
Slide 18 - Quiz
Is "gekookte" in onderstaande zin een voltooid deelwoord?
Wij eten vanavond gekookte aardappels.
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
Een bijvoeglijk naamwoord schrijf je altijd met een dubbele letter in het midden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Verbranden is een werkwoord. Maak een korte zin waarin je "verbranden" gebruikt als bijvoeglijk naamwoord. Je mag de vorm veranderen.
Slide 21 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
Juillet 2018
- Leçon avec
24 diapositives
par
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
Praktijkonderwijs
MBO
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
Juillet 2018
- Leçon avec
24 diapositives
par
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
MBO
Praktijkonderwijs
vmbo, mavo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
woordenboek
Juin 2022
- Leçon avec
49 diapositives
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Woordenschat h6: zoeken in een woordenboek
Novembre 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
1hv1 week 2 Herhaalles 2 Zinnen begrenzen + hoofdletters
Janvier 2024
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Hoofdletters en leestekens
Novembre 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Thema 6, week 3 Les 12 woordenboek gebruiken
Février 2021
- Leçon avec
29 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 5,7
oefenen toets Nederlands periode 3
Mars 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3