Bezitsvormen 's, ' of 1 basis

Leerdoel

you can use the possessive form in English 
-
je kunt de bezitsvorm in het engels gebruiken
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Leerdoel

you can use the possessive form in English 
-
je kunt de bezitsvorm in het engels gebruiken

Slide 1 - Diapositive

Bezitsvormen - Possesive

Slide 2 - Diapositive

Wat heb je geleerd tijdens ons laatste grammatica les?

Slide 3 - Carte mentale

Er zijn 3 bezitsvormen
's
'
of 

Slide 4 - Diapositive

Bezitsvorm: -'s
Regel: geeft aan dat iets van iemand is

Bijvoorbeeld: 
John's book = Het boek van John
Tess's book = Het boek van Tess 
The club's website = De website van de club

Note: Je voegt toe ook bij woorden: night, day, month, year. 
Today's Newspaper./Next month's tournament. 

Slide 5 - Diapositive

Bezitsvorm: -' (apostrof)
Regel: voeg toe bij meervouden die al eigen met een -s. 
Bijvoorbeeld:
Those elephants' feet are big. (meer dan één)
The girls' computer isn't working. (meer dan één meisje)

Slide 6 - Diapositive

Bezitsvorm -'s
That elephant's feet are big. 
That girl's computer isn't working. 

Alle mensen/dieren zijn enkelvoud. 

Bezitsvorm -'
Those elephants' feet are big.
The girls' computer isn't working.

Alle mensen/dieren zijn meervoud. 

Bij meervoud die niet op S eindigt, gebruik je -'s.

B.v.: The children's book. 

Slide 7 - Diapositive

Bezitsvorm: -of
Regel: Bij 2 dingen/landen/plaatsen, gebruik je of. Of wel dingen van dingen. 
B.v.: The name of the ship. 
I love the smell of roses. 
The capital of Germany is Berlin. 

Slide 8 - Diapositive

Wanneer gebruik je -'s?
A
iets aangeven dat het van iemand is
B
bij meervouden die niet op -S eindigt.

Slide 9 - Quiz

Wanneer gebruik je alleen '? (apostrof)
A
bij meervouden die eindigen op een -s
B
als het word eindigt op een -s

Slide 10 - Quiz

Wanneer gebruik je -of?
A
alleen mensen en dieren
B
Dingen van dingen

Slide 11 - Quiz

Nina... eyeshadow
A
's
B
'
C
of

Slide 12 - Quiz

The city... The Hague
A
'
B
of
C
's

Slide 13 - Quiz

My sisters... book
A
'
B
's
C
of

Slide 14 - Quiz

Wij gaan oefenen
Hoe? Je opent de volgende link
Wat? Je maakt minimaal 3 oefeningen
Tijd: 10 min. 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Hoe ging het bij het oefenen?
Good
Bad
I don't know.

Slide 17 - Sondage