BvJ: Bloedsomloop, basisstof 6 VMBO-BK 2A

Afweer
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieWO+1ISK

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Afweer

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan wij doen?

- Wat weet jij al?
- Leerdoelen
- Uitleg 
- Filmpje
- Zelf aan het werk

Slide 2 - Diapositive

Sleep de onderdelen naar het hart!
timer
2:00
Rechterboezem
Rechterkamer
Linker
boezem
Linkerkamer

Slide 3 - Question de remorquage

timer
2:00
De nier
De urineleider
De blaas
De urinebuis

Slide 4 - Question de remorquage

Als je plast worden afvalstoffen uit je lichaam verwijdert. Hoe wordt dit genoemd in de biologie?
A
Uitscheiden
B
Uitreguleren
C
Afvallen
D
Transport

Slide 5 - Quiz

Je nieren halen water en afvalstoffen uit je bloed. Hoe heet de vloeistof die je nieren maken?
A
Nierplasma
B
Urinezuur
C
Bloedplasma
D
Urine

Slide 6 - Quiz


Bekijk de afbeelding. Je ziet een nier en de bloedvaten. Hoe heet het bloedvat met de blauw pijl?
A
Nierslagader
B
Nierader
C
Nierhaarvat

Slide 7 - Quiz

timer
3:00
Wat weet jij al over afweer?

Slide 8 - Carte mentale

Leerdoelen
1. Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe je immuun wordt voor een ziekte.
2. Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe je immuun wordt door een inenting.

Slide 9 - Diapositive

Ziekteverwekkers....!
Ziekteverwekker = iets dat je ziek maakt, zoals een bacterie of virus.
                            Dit is een realistische foto van een virus!
                              --> Weet jij welke virus?                   de gewone griep

                          Dit is een realistische foto van de bacterie E. Coli
                              --> Miljarden in jouw darmen!

Slide 10 - Diapositive

Oké... maar hoe wordt je ziek?
Je wordt niet zomaar ziek... de ziekteverwekker moet eerst in jouw lichaam komen.

Jouw lichaam beschermt je op 3 manieren:
- huid
- slijm
- maagzuur (zoutzuur)

Slide 11 - Diapositive

Huid, slijm en maagzuur.
Weet jij hoe één van deze jou
beschermt tegen ziekteverwekkers?
timer
3:00

Slide 12 - Question ouverte

Hoe heet de cel die jou beschermt?
A
Rode bloedcel
B
Witte bloedcel
C
Bloedplasma
D
Bloedplaatjes

Slide 13 - Quiz

infectie en afweer
Ziekteverwekker komt je lichaam in --> infectie

Witte bloedcellen maken ziekteverwekkers onschadelijk --> afweer

Slide 14 - Diapositive

Je hebt veel soorten witte bloedcellen! Gelukkig hoef je die niet te kennen ;)

1 soort witte bloedcel maakt ´antistoffen´
Antistof = stof die vastplakt aan ziekteverwekkers en ze onschadelijk maakt.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Dus..
1 soort bloedcel sluit de ziekteverwekker in. 1 soort bloedcel maakt antistoffen.

1 soort antistof past maar op 1 soort ziekteverwekker!!!
De ziekteverwekker moet helemaal worden bedekt met antistoffen. 

Slide 17 - Diapositive

Hoe worden antistoffen door jouw lichaam vervoert?
A
Door de organen
B
Door de witte bloedcellen
C
Door het bloed
D
Door de rode bloedcellen

Slide 18 - Quiz

Ziekte1
Ziekte2
Antistoffen

Slide 19 - Question de remorquage

Eerst ziek, dan beter
Je wordt niet direct beter als je ziek bent. Je lichaam heeft tijd nodig om antistoffen te maken. Je wordt weer beter als er genoeg antistof is.

Je witte bloedcellen onthouden het ´recept´ van de antistoffen voor de specifieke ziekteverwekker. Wordt je weer ziek met dezelfde ziekteverwekker? Dan wordt je sneller beter!

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Natuurlijke immuniteit
Kunstmatige immuniteit

Slide 22 - Diapositive

2 soorten immuniteit
- Je kan alleen immuun zijn voor een ziekte die je al eerder hebt gehad! Dat kan op twee manieren:

Natuurlijke immuniteit: je wordt ´normaal´ ziek.
Kunstmatige immuniteit: vaccinatie/inenting met de ziekteverwekker (maar dan al zwak of al dood gemaakt)

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Vidéo

Leerdoelen
1. Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe je immuun wordt voor een ziekte.
2. Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe je immuun wordt door een inenting.

Nu: maken basisstof 6

Slide 26 - Diapositive