Introductie les Biologie en NaSk

• Natuur, Leven en Technologie
• Basisschool
• Groep 7,8

Introductie les Biologie en NaSk

Wie zijn wij?

Vandaag:

- Warmte

- Water

- IJs

- Gas

- Leven?

Onderzoek doen

Wetenschappers aan boord van een ruimteschip hebben een belangrijke taak. Ze hebben net een nieuwe planeet ontdekt!

De taak: onderzoeken of er leven op deze planeet aanwezig is. 

Wij beginnen eerst met de jassen aan te doen!

Hoe kun je op aarde zien of er leven aanwezig is?

Zuurstof

Onze planeet heeft een dampkring met zuurstof. 

Als je zuurstof hebt kun je ook iets laten branden. 

Deel de branders uit en bekijk samen de onderdelen. Noem de namen en waar ze voor zijn. 

Even overhoren

Samen stap voor stap de brander aansteken. 

Welke vlam gebruik je waarvoor. 

Stap voor stap hoe je de brander uitzet. 

Hierna zelfstandig nog een keer oefenen. 

Verwarmen

Als je brandstof verbrand kun je die energie gebruiken om iets te verwarmen. 

Bijvoorbeeld water te laten koken. 

Hier zelfstandig een beetje water verwarmen. 

Als iedereen warm water heeft, de brander uit laten zetten. 

Koken? 

Als je water laat koken veranderd water van vorm. 

Bij NaSk noemen we dat: 

het veranderd van fase. 

Droogijs

Droog ijs is een rare. Het gaat meteen van vast naar gas. 

Dat kun je heel snel doen door het in warm water te leggen. 

Een stukje droogijs in het water leggen. 

Demo: een bak water met sop. Daar droogijs in doen. Je krijgt bellen die gevuld zijn met damp. 

Koolstofdioxide

Droogijs is een vaste vorm van koolstofdioxide. Dit is een bekend gas. Waar kun je dit van kennen?

Uitleggen dat de damp uit het gas koolstofdioxide bestaat.. 

Een mens ademt zuurstof (O₂) in en koolstofdioxide (CO₂) uit. 

Waar komt koolstofdioxide vandaan?

Bewijzen?

Maar dit kunnen we zo wel roepen, maar hoe kunnen we dit bewijzen? (we waren wetenschappelijk bezig weet je nog 😉 ) 

Maar terug naar die dampkring.

Alles wat leeft haalt adem. En dat ademt dus ook koolstofdioxide uit. 

Een organisme hoeft niet altijd alle levenskenmerken te laten zien. 

Want jij zit hier neem ik aan niet te poepen, maar dat doe je vast wel eens. 

Stel dat we een andere planeet zouden vinden. 

Hoe zouden we dan kunnen uitzoeken of er  misschien leven op die planeet is?

Leeft het? (in 2tallen)

Je doet 3 grondmonsters in een reageerbuis, 

noem ze A, B en C. 

Onderzoek deze 3 grondmonsters op tekenen van leven. Volg de stappen op het werkblad.

Nodig: potlood en liniaal.

Wat hebben we gezien?

Gisten

Een gist is een eencellige schimmel die leeft van suikers. Hij is zo klein dat je hem alleen onder de microscoop kan zien. 

Een gist heeft een suikerrijke, vochtige, warme omgeving nodig. 

Gisten laten brood rijzen.  

Verder

Een gist groeit, hij zuigt water op zodat de cellen groter worden. 

Een gist plant zich voort, gistcellen delen zich in tweeen. 

Een gist neemt waar en reageert op veranderingen in zijn omgeving. 

Een gist voedt zichzelf met suiker. 

Een gist kan zich niet bewegen, daarom moet de suiker in het water opgelost zijn zodat het goed wordt verspreid. 

En de andere buisjes dan?

1 buisje heeft alleen zand. De andere zand en bakpoeder. 

Bakpoeder is een chemische stof. Bij gist gaat het bruisen door  zolang de schimmel suiker en water opneemt. Bij het bakpoeder stopt het bruisen zodra de chemische reactie uitgewerkt is. 

Afsluiting

Hoe verliep deze les?

Hebben jullie verder nog vragen?