Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
WELKOM!
Boek + schrift op tafel. Pak ook een Chromebook.
Mobiel niet zichtbaar! In je broek of tas dus.
Slide 1 - Diapositive
Planning
Oefenen met Ruimte voor de rivier
Nakijken H2
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
De theorie van 2.2 (deel 2) is d.m.v. enkele quizvragen herhaald.
Je vragen over 2.2 en 2.3 zijn gesteld en je vragen zijn beantwoord.
De maatregelen in het kader van Ruimte voor de rivier zijn herhaald en geoefend.
Slide 3 - Diapositive
Herhalen theorie
Slide 4 - Diapositive
Welk verband is er tussen vertragingstijd en verstedelijking?
A
Voor verstedelijking was de vertragingstijd groter
B
Voor verstedelijking was de vertragingstijd kleiner
C
Na verstedelijking was de vertragingstijd groter
D
Na verstedelijking was de vertragingstijd kleiner
Slide 5 - Quiz
Welke van de volgende ingrepen in het landschap verkorten de vertragingstijd?
A
Het aanleggen van snelwegen
B
Daken bedekken met sedum (dakbegroening)
C
Het ontbossen van een natuurgebied
D
Het verhogen van dijken
Slide 6 - Quiz
Hoe noemen we de schommelingen in de waterafvoer van een rivier?
A
waterscheiding
B
debiet
C
regiem
D
verhang
Slide 7 - Quiz
Rivier A is een
A
Regenrivier
B
Gemengde rivier
C
Gletsjerrivier
Slide 8 - Quiz
Rivier C is een
A
Regenrivier
B
Gemengde rivier
C
Gletsjerrivier
Slide 9 - Quiz
Het debiet van de Rijn en de Maas zal door klimaatverandering in de winter...
A
Afnemen
B
Toenemen
C
Gelijk blijven
Slide 10 - Quiz
Door klimaatverandering zal het regiem...
A
Grilliger worden
B
Min of meer gelijk blijven
C
Minder grillig worden
Slide 11 - Quiz
Toevoeging uitleg 2.3
De veiligheid in Nederland wordt extra op de proefgesteld wanneer:
De rivieren een piekafvoer hebben;
Er sprake is van een noordwesterstorm;
Er sprake is van springtij.
Combinatie van bovenstaande is helemaal gevaarlijk!
Slide 12 - Diapositive
Klik op de afbeelding om deze te vergroten.
Welke maatregel van het plan Ruimte voor de rivier wordt in de afbeelding toegepast?
A
kribben verlagen
B
nevengeul graven
C
rivierbed verdiepen
D
uiterwaard uitgraven
Slide 13 - Quiz
Noem nog twee maatregelen in het kader van Ruimte voor de rivier, anders dan de vorige vraag!
Slide 14 - Carte mentale
In het kader van Ruimte voor de Rivier wordt ten zuiden van Kampen een hoogwatergeul aangelegd (zie de bron). Eén van de functies van deze hoogwatergeul is het vergroten van de veiligheid in de IJsseldelta. Geef aan 1) welke functie de hoogwatergeul nog meer kan vervullen; 2) bij welk onderdeel van de drietrapsstrategie de aanleg van de hoogwatergeul past.
Slide 15 - Question ouverte
Geef twee redenen waarom juist bij Nijmegen maatregelen nodig zijn om ruimte voor de rivier te maken.
Slide 16 - Question ouverte
De Ooijpolder werd een van de meest geschikte gebieden gevonden als noodoverloopgebied. Geef twee argumenten waarom juist de Ooijpolder geschikt werd gevonden.
Slide 17 - Question ouverte
Op diverse plekken in Nederland zijn in het kader van Ruimte voor de rivier maatregelen genomen, zoals: het graven van nevengeulen; het verdiepen en verbreden van het zomerbed; het verlagen van kribben; het verwijderen van obstakels. Geef aan door welke twee van de bovenstaande maatregelen rivierwater sneller wordt afgevoerd.
Slide 18 - Question ouverte
Veel Zeeuwse boeren zijn tegen de ontpoldering in Zeeland. Noem hiervoor één reden.
Slide 19 - Question ouverte
Het Volkerak-Zoommeer is geschikt gemaakt voor het tijdelijk bergen van water. Dit kan nodig zijn als twee extreme watersituaties gelijktijdig optreden.
Geef aan welke twee extreme watersituaties dan gelijktijdig optreden.
Slide 20 - Question ouverte
Geef aan: - in welk seizoen de kans het grootst is dat deze extreme watersituatiesgelijktijdig (vorige vraag) optreden; - waarom bij die situaties water afvoeren niet goed mogelijk is.
Slide 21 - Question ouverte
Vragen
Vragen?
Slide 22 - Diapositive
Voor dinsdag
Hoofdstuk 2 is afgerond qua maakwerk (controle!)
H2 §1: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8
H2 §2: 1, 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10
H2 §3: 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9
(examentrainers doen we voorafgaand aan het tentamenweek als herhaling!)