Oefenen persoonsvorm en voltooid deelwoord!

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Doel

Aan het einde van deze les kan je de persoonsvorm en het voltooid deelwoord goed spellen.

Wat weet je nog van de vorige les?

Voltooid deelwoord

• Een voltooid deelwoord begint vaak met be-, ge-, ver-, ont-
• Een voltooid deelwoord eindigt op -d/-t (regelmatig) of op     -en (onregelmatig)

REGELMATIG/ZWAK

• Eindigt op een -d of een -t
• Langer maken

ik heb gerend  want rende

ik heb gepakt  want pakte

• 't sexy fokschaapje

ONREGELMATIG/STERK

• Eindigt op -en
• Uit je hoofd leren

ik heb gezwommen

ik heb geslapen

Onvoltooid deelwoord

• Hele werkwoord (infinitief) met -d of -de erachter

Tom komt fluitend de kamer binnen.

Lachend zei hij dat hij geslaagd was.

Al pratende kwamen we bij school.

Wat is de PV in deze zin?:
Pieter en Rachid zijn naar school gelopen.

1. pieter en rachid
2. zijn
3. gelopen
4. naar school

Wat is de PV in de volgende zin?:
Zijn flesje is in zijn tas kapot gegaan.

1. is
2. zijn flesje
3. zijn
4. gegaan

Wat is de PV in de volgende zin?:
Op de trap lopen veel vriendinnen van haar.

1. op
2. veel
3. van
4. lopen

Wat is de PV in de volgende zin?:
Wat is er gebeurd?

1. wat
2. is
3. er
4. gebeurd

Wat is de PV in de volgende zin?:
We gaan straks het voltooid deelwoord oefenen.

1. oefenen
2. straks
3. gaan
4. we

Wat is het voltooid deelwoord van:
fietsen

Wat is het voltooid deelwoord van:
betalen

Wat is het voltooid deelwoord van niezen

Wat is het voltooid deelwoord van klimmen

Vul de juiste vorm van het werkwoord in

(rijden) ... je neef in een vrachtauto?

Het schip ... (stranden) op een zandbank. (verleden tijd)

(vinden) je vader dat goed?

Tess heeft de hele winter (snowboarden)

(openen) jij de deur even voor mij?

Ik (houden) van paardrijden

Lekker bezig!

Om nog meer te oefenen ga je met het volgende aan de slag:

Les 27 uit je boek Kern: voltooid en onvoltooid deelwoord

Opdracht 7, 8 en 9 maken

Dit is ook het huiswerk voor donderdag 28 september