Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
timer
1:30
Wat weet je al over het sorteren van de was?
Slide 2 - Carte mentale
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Zet de volgende handelingen in de goede volgorde. Stap 1: De was voorbereiden, onder andere zakken controleren. Stap 2: Temperatuur en wasprogramma kiezen. Stap 3: Wasmiddel kiezen. Stap 4: De was drogen. Stap 5: De was in de wasmachine doen. Stap 6: De was sorteren, bijvoorbeeld op kleur.
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Bij welke was behoort een rood T-shirt?
A
Bij de witte was.
B
Bij de donkerbontewas.
C
Bij de lichtbontewas.
D
Bij de rode was.
Slide 7 - Quiz
Kan je een broek of een trui warmer wassen dan dat aangegeven is op het etiket? Waarom wel of waarom niet? Leg uit.
Slide 8 - Question ouverte
Bij welke was behoort een licht roze T-shirt?
A
Bij de witte was.
B
Bij de donkerbontewas.
C
Bij de lichtbontewas.
Slide 9 - Quiz
Wat kan er gebeuren als je (per ongeluk) een donkerrood T-shirt bij de witte was stopt?
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Niek is vanmiddag met zijn vriendjes gaan voetballen in het park. Tijdens het voetballen is Niek een aantal keer gevallen op het gras, waardoor er vlekken in zijn broek zitten. Zijn moeder vind 's avonds de broek in de wasmand. Hoe moet de moeder van Niek de broek wassen? Leg uit.
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Waarom is een zwaar beladen wasmachine niet goed?
A
Te veel was in de wasmachine zorgt ervoor dat de was gaat 'zweven'. Hierdoor wordt het wasgoed niet goed schoon.
B
Te veel was in de wasmachine zorgt ervoor dat de trommel niet go in beweging kan komen. De was wordt alsnog wel schoon.
C
Te veel was in de wasmachine zorgt ervoor dat de was niet schoon wordt. Er is te weinig beweging in de trommel, waardoor het wasmiddel zijn werking niet goed uit kan voeren.
Slide 14 - Quiz
De volgende stelling luidt:
Te weinig was in de wasmachine betekent dat het wasgoed beter schoon wordt. Is de stelling waar of niet waar? Leg uit.
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Lieke is de was aan het sorteren. Ze maakt een sorteerstapel met pastel kleurige kleding. Tijdens het sorteren let ze op de aandachtspunten en kijkt ze naar de etiketten.
Welk wasmiddel moet Lieke gebruiken? Leg uit.
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
In de volgende slide is nog een extra instructie filmpje toegevoegd.