Les 2: 9.3 + 9.4 going on a trip/ accommodation

Talking/presenting
Boek: 2/3 
9.3 + 9.4 going on a trip/ accommodation
Doel: Je kunt informatie vragen en geven over openbaar vervoer en reizen.
Je maakt een reserve-ring en uit een klacht

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Talking/presenting
Boek: 2/3 
9.3 + 9.4 going on a trip/ accommodation
Doel: Je kunt informatie vragen en geven over openbaar vervoer en reizen.
Je maakt een reserve-ring en uit een klacht

Slide 1 - Diapositive

Informatie vragen of geven over het openbaar vervoer

Wees duidelijk en beleefd
Zorg dat je niet te direct bent, cultuurverschil

Slide 2 - Diapositive

Informatie vragen
Neem me niet kwalijk...
Excuse me, ...
Welke bus/trein gaat naar ...?
Which bus/train do I take to ...?
Wanneer vertrekt de bus naar …?
When does the coach to … depart?
Kunt u me vertellen hoe ik in Londen kom?
Could you tell me how I get to London?

Slide 3 - Diapositive

Hoe zeg je: Mag ik u wat vragen?

Slide 4 - Question ouverte

Hoe zeg je: Hoe kom ik bij ...?

Slide 5 - Question ouverte

Informatie geven
De bus naar ... vertrekt om tien uur.
The bus to ... leaves at ten o’clock.
Je moet twee keer overstappen.
You’ll have to change trains twice.
Laad je saldo regelmatig op.
Top up your balance regularly.

Slide 6 - Diapositive

Hoe zeg je: U kunt een kaartje kopen bij de automaat.

Slide 7 - Question ouverte

Hoe zeg je: Stap uit bij de halte ...

Slide 8 - Question ouverte

De weg wijzen
Sla links-/rechtsaf de Coolsingel in.
Turn left/right into the Coolsingel.
Loop om het museum heen.
Walk around the museum.
Het festivalterrein is aan de linker-/rechterkant.
The festival area is on the left/right-hand side.

Slide 9 - Diapositive

Hoe zeg je: Steek eerst de straat over.

Slide 10 - Question ouverte

Hoe zeg je: Daarna loop je rechtdoor.

Slide 11 - Question ouverte

Reserveren en klachten
Wees beleefd
Als je ergens niet tevreden over bent kun je dat met de volgende zinnen op een beleefde manier duidelijk maken.

Slide 12 - Diapositive

Reservering maken
Is er een kamer beschikbaar?
Do you have a room avail­able?
Ik wil mijn re­server­ing bevesti­gen/aan­passen/ an­nuler­en.
I’d like to con­firm/change/can­cel my book­ing.
Zou ik een ver­gaderz­aal kunnen re­server­en?
Could I re­serve a meet­ing room?

Slide 13 - Diapositive

Hoe zeg je: Ik wil graag een kamer re­server­en voor …

Slide 14 - Question ouverte

Hoe zeg je: Is het ont­bijt daar­bij in­be­gre­pen?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe zeg je: Kunt u mij een beves­ti­ging sturen?

Slide 16 - Question ouverte

Klacht uiten
Ik wil graag iets melden.
I would like to re­port some­thing.
Ik ben niet tevre­den over …
I’m not sat­is­fied with …
Uw col­lega was on­beschoft te­gen mij.
Your col­league was rude to me.
Ik wil graag mijn geld ter­ug.
I’d like my money back.

Slide 17 - Diapositive

Hoe zeg je: Ik heb een klacht.

Slide 18 - Question ouverte

Hoe zeg je: Dit is niet de kamer die ik heb ge­boekt.

Slide 19 - Question ouverte

Opdrachten
Boek 2/3
9.3: Ex. 1
9.4: Ex 1,3

Extra verdieping:
9.3: ex. 3, 4, exam ex

Slide 20 - Diapositive