bezittelijke voornaamwoord

Leerdoel

• De leerlingen kunnen kort in eigen woorden toelichten wat een bezittelijk voornaamwoord is.
• De leerlingen kennen de regels wanner de bezittelijke voornaamwoorden een uitgang krijgen of niet.
• De leerlingen kunnen de bezittelijke voornaamwoorden toepassen in eenvoudige zinnen.
• De leerlingen kunnen de bezittelijke voornaamwoorden in beschrijvingen over zichzelf of een ander toepassen.

Wanner gebruik je bezittelijke voornaamwoorden?

Je gebruikt bezittelijke voornaamwoorden om aan te geven van wie of wat iets is.

Welke bezittelijke voornaamwoorden ken je?

Bekijk de video

• maak eventueel aantekeningen 

mijn

jouw

zijn

haar

ons/onze

jullie

hun

uw

mein

dein

ihr

sein

ihr

unser

ihr

eur

Bezittelijke voornaamwoorden

mijn = mein-                                       ons, onze = unser-

jouw = dein-                                        jullie = eu(e)r-

zijn = sein-                                           hun = ihr-

haar = ihr-                                             uw = Ihr-

Mein Name (m) ist Janin Rosezin. Ich wohne in Utrecht. Mein Haus (o) ist sehr klein. Ich habe zwei Hunde. Meine Hündin (v) Mila ist zwei Jahre alt. Meine Eltern (mv) wohnen in Berlin. Ich liebe Berlin. 

Wat gebeurt in de tekst met de bezittelijke voornaamwoorden? Welke regel zou jij voor het toepassen van bezittelijke voornaamwoorden in een Duitse zin opstellen?

Bezittelijke voornaamwoorden

De bezittelijke voornaamwoorden krijgen dezelfde uitgangen als ein of kein.

mannelijk (m)     vrouwelijk (v)       onzijdig (o)       meervoud (mv)

ein Mann              ein-e Frau              ein Kind             kein-e Kinder

mein Hund          unser-e Schule    dein Haus         eur-e Freunde         

Vertaal het woord tussen haakjes:
(jouw) Bruder

1. deine
2. dein

Vertaal het woord tussen haakjes:
(jullie) Katze

1. euer
2. eure

Vertaal het woord tussen haakjes:
(uw) Haus

1. Ihr
2. Ihre

Vertaal het woord tussen haakjes:
(zijn) Eltern

1. sein
2. seine

Maak jullie eigen video over het bezittellijke voornaamwoord.

Er worden groepjes van 4 gemaakt. Wat moet in de video:

- alle bezittelijke voornaamwoorden (8), en ook de uitgangen duidelijk maken

- het onderwerp hobby, vrije tijd 

- iedereen moet aan het woord zijn

- maak van te voren een overzicht met alle zinnen die je gaat gebruiken (hulpmiddel Schreibecke/Woordenlijst), verdeel de zinnen onder elkaar, maar wel gelijkwaardig

- schrijf achter iedere zin wie deze geformuleerd heeft

- de video load je up in peppels

Ik kan kort in eigen woorden toelichten wat een bezittelijk voornaamwoord is.

😒🙁😐🙂😃

Ik ken de regels wanner de bezittelijke voornaamwoorden een uitgang krijgen of niet.

😒🙁😐🙂😃

De leerlingen kunnen de bezittelijke voornaamwoorden toepassen in eenvoudige zinnen.

😒🙁😐🙂😃

Ik kan de bezittelijke voornaamwoorden in beschrijvingen over mezelf of een ander toepassen.

😒🙁😐🙂😃