De macht van de koning

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom bij geschiedenis!

Agenda

-Herhaling

-Leerdoelen

-De macht van de koning

-opdracht

-afsluiting

Ontstaan van steden

• Vanaf het jaar 1000 komen er weer steden
• Nieuwe ontwikkelingen in de landbouw
• Ontstaan van markten 

Lesdoelen

Aan het eind van deze les: 

• Je weet hoe koningen hun staten meer als eenheid en vanuit één plek gingen besturen.
  
• Je begrijpt waarom burgers in steden meer inspraak wilden.
  
• Je begrijpt hoe machtig de kerk was in de samenleving.
  
• Je weet wat de kruistochten zijn en je kunt uitleggen waarom deze plaatsvonden.

Staatsvorming

• Steeds minder edelen luisteren naar de koning
  
• - Steeds meer wetten en regels voor het hele land
• Overal dezelfde regels, opzetten van staatsvorming 

Staatsvorming

• Rondreizen niet handig in een groot land
  
• Regeren vanuit 1 centraal punt! centralisatie
  
  
• Groot paleis om macht te laten zien
  - Ambtenaren haalden belasting op
  - Daarnaast administratie bijhouden

Inspraak

• Door staatsvorming krijgt de koning heel veel macht.
  
  
• Burgers weten dat zij belangrijk zijn voor de koning
  - Betalen belasting 
  - Maken producten
  
• Burgers willen inspraak over besluiten van de koning!

Middeleeuwse krant

Maak in groepjes van 5 de voorpagina van een Middeleeuwse krant.

30 minuten.

Lees de uitgedeelde opdracht goed door.

Macht van de kerk

• De kerk had veel macht in de middeleeuwen 
  
• Leven na de dood belangrijker dan op aarde
  - Veel bidden
  - Geld geven aan de kerk
  
  
• Angst voor de hel was groot
• Niet gelovigen: gestraft of verbrand

Kruistochten

• Jerusalem is een belangrijke stad voor moslim en christen
• Moslims nemen in 1095 Jeruzalem over
  - Christenen niet meer welkom
  
  
• Paus roept mensen op om Jerusalem te heroveren 
  - Zondes vergeven voor helpers
  - Na 7 kruistochten niet succesvol

Zelf aan de slag 

4.2: Alle opdrachten

In je boek of op je laptop

Afsluiting

• Je weet hoe koningen hun staten meer als eenheid en vanuit één plek gingen besturen.
  
• Je begrijpt waarom burgers in steden meer inspraak wilden.
  
• Je begrijpt hoe machtig de kerk was in de samenleving.
  
• Je weet wat de kruistochten zijn en je kunt uitleggen waarom deze plaatsvonden.