Bijvoeglijke bijzin

N E D E R L A N D S
Welkom!
timer
10:00
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

N E D E R L A N D S
Welkom!
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Je weet wat een bijvoeglijke bijzin is;
  • Je kunt een bijvoeglijke bijzin in een samengestelde zin herkennen.
Lesdoelen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhaling: bijzin benoemen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Benoem de bijzin (ow-zin, mv-zin etc.) 
1) Dat Usain alweer de snelste is, had iedereen wel verwacht. 



2) Wie thuis alle opdrachten gemaakt heeft, wil ik de lastigste sommen nog wel een keer uitleggen.

Slide 4 - Diapositive

1.  dat Usain alweer de snelste is = lv-zin
2. wie thuis alle opdrachten gemaakt heeft = mv-zin
Zinsdeel of zinsdeelzin
1) We gaan (over twee jaar) verhuizen naar Frankrijk.

2) Finn vroeg (of we allemaal op zijn feestje wilden komen).

3) Gisteren heb ik (aan die leuke jongen uit 2G) een Valentijnskaart gestuurd.

4) (Wie af en toe een complimentje ontvangt), krijgt meer zelfvertrouwen.

Slide 5 - Diapositive

1. zinsdeel
2. zinsdeelzin
3. zinsdeel
4. zinsdeelzin
Grammatica woordsoorten paragraaf 13
Bijvoeglijke bijzin 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

De bijvoeglijke bijzin
1) Het bronzen standbeeld krijgt een plek in het Stadspark.
2) Het standbeeld, dat van brons is gemaakt, krijgt een plek in het Stadspark.

In zin 1 is bronzen een bijvoeglijke bepaling bij standbeeld. 
In zin 2 is het onderwerp 'Het standbeeld, dat van brons is gemaakt'. Het zinnetje 'dat van brons is gemaakt' is binnen het onderwerp een bijvoeglijke bepaling bij het standbeeld. In dit geval is de bijvoeglijke bepaling een zin. Dat noem je een bijvoeglijke bijzin.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De bijvoeglijke bijzin
Het standbeeld, dat van brons is gemaakt, krijgt een plek in het Stadspark.
Je noteert de bijvoeglijke bijzin zo:
bijv.bijzin = dat van brons is gemaakt -> standbeeld.

Het sportcomplex dat vorig jaar gebouwd is, blijkt populair bij tennissers.
bijv.bijzin = dat vorig jaar gebouwd is -> het sportcomplex.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zo herken je de bijvoeglijke bijzin
Een bijvoeglijke bijzin...
- Begint vaak met die of dat;
- Zegt iets over een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord (de kern), net als een bijvoeglijke bepaling;
- Staat direct achter de kern;
- Is een zin en heeft dus een persoonsvorm, maar is onderdeel van een zinsdeel (een zinsdeelstuk);
- Kun je meestal weglaten: er blijft een correct zin over.;

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de bijvoeglijke bijzin in de volgende zinnen?
1) Apen begroeten elkaar, blijkt uit een internationaal onderzoek dat laatst uitgevoerd is.

2) Het circuit van Zandvoort, dat erg dichtbij zee ligt, is uniek.

3) De coach legde de spelers die hij had geselecteerd voor de basisopstelling, de tactiek uit.

Slide 11 - Diapositive

1. dat laatst uitgevoerd is
2. dat erg dichtbij zee ligt
§13 Bijvoeglijke bijzin (bladzijde 230-231)

Opdracht 1 t/m 6 

Aan de slag
Klaar?
Nakijken

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions